Code / functie
Terminalccode
Duidelijke nummering van een bedie-
ningselement RoCon+ B1 of
EHS157034, van waar uit een verwar-
ming en / of een mengermodule in het
RoCon-systeem op afstand bediend kan
worden.
Voor tot 10 bedieningselementen in het
RoCon-systeem kan de autorisatie voor
afstandsbediening gegeven worden. Als
een afstandsbediening in het RoCon-
systeem mogelijk moet zijn, moet een
bedieningselement code "0" toegewe-
zen krijgen.
Apparaatcode
Duidelijke nummering van een warmte-
bron of mengermodule in het RoCon-
systeem.
Tot 16 apparaatnummers kunnen toe-
gewezen worden.
Deze apparaatnummers worden bij een
[Bus - Scan] herkend en worden weer-
gegeven om een op afstand bediend
apparaat te identificeren.
Tab. 4-10 Functionele codes in het RoCon-systeem
4.8.1
Terminaladres selecteren
[→ Hoofdmenu → Terminal → Adres]
Instelling van de terminalcode van het bedieningselement voor de
systeemtoegang. De ingestelde waarde moet in het gehele systeem
uniek zijn. Een bevestiging van deze parameter met de draaiknop
zorgt voor een nieuwe initialisatie van de regeling.
Alle instellingen behalve "Uit" geven de gebruiker van het bedie-
ningsgedeelte de autorisatie om de terminalfunctie te activeren en
daarmee alle RoCon-systeemcomponenten met een geldige appa-
raatcode te bedienen.
4.8.2
Bus-scan voor terminalfunctie
[→ Hoofdmenu → Terminal → Bus-scan]
Na de activering van "Bus-scan" wordt in het menu [→ Hoofdmenu
→ Terminal] een lijst van de herkende apparaten (met toegewezen
terminaladres) voor selectie weergegeven. Na selectie en bevesti-
ging van een extern apparaat wordt de terminalfunctie voor dit appa-
raat geactiveerd. Het bedieningselement bevindt zich dan in termi-
nalwerking.
Het plaatselijke bedieningselement werkt als afstandsbediening voor
het externe apparaat en op het display wordt het bijbehorende start-
scherm weergegeven. Daarbij worden alle bedieningsfuncties 1:1,
zoals op het externe apparaat uitgevoerd en opgeslagen. De weer-
gegeven waarden en symbolen worden altijd door het geselecteerde
apparaat overgenomen.
Voor de bediening van het plaatselijke apparaata moet er naar het
startscherm van het externe apparaat worden gegaan. Door de
draaitoets lang in te drukken kan er teruggegaan worden naar het
menu van het plaatselijke apparaat.
Daikin RoCon+ HP
Daikin Regeling RoCon+ HP
008.1444299_01 – 09/2018 – NL
Systeemcomponenten
Parameter
Daikin Altherma EHS(X/H)
(RoCon BM2C)
Kamerstation EHS157034
Daikin Altherma EHS(X/H)
(RoCon BM2C)
Mengermodule EHS157068 [Verwarmingskring toe-
Opmerkingen
[Terminaladress]
Fabrieksinstelling = Uit
Zie
Hfst. 7.9
Waarde zou op "0" ingesteld moeten worden,
als ten minste 1 mengermodule in het RoCon-
systeem aangesloten is en de mengercircuit
vanuit de warmtegenerator moet kunnen wor-
den bediend.
[Terminaladress]
Fabrieksinstelling = Uit
Zie
Hfst. 7.9
Waarde moet op een in het RoCon-systeem
eenduidige numerieke waarde ingesteld wor-
den, als er met het kamerstation systeemcom-
ponenten met een geldige apparaatcode op
afstand bediend moeten kunnen worden.
[BUS ID HS]
Identiek aan codering warmtegenerator.
Zie
Hfst. 7.11
Waarde mag niet gelijk zijn aan de code van
het verwarmingscircuit van een mengermodu-
le in het RoCon-systeem.
Identiek aan code verwarmingscircuit.
wijzing]
Waarde mag niet gelijk zijn aan de code van
Zie
Hfst. 9
het verwarmingscircuit van een Daikin verwar-
ming in het RoCon-systeem.
Waarde moet gelijk zijn aan de instelling van
de adresschakelaar.
INFORMATIE
Om de bus-scan uit te voeren moet aan het bedieningsge-
deelte RoCon+ B1 van de Daikin Altherma EHS(X/H) of
van het kamerstation EHS157034 een geldig terminaladres
worden toegewezen. Dit kan alleen met vakmancode uit-
gevoerd worden. Neem hiervoor contact op met de verwar-
mingsvakman.
Als de terminalfunctie in de verwarmingsinstallatie gebruikt
moet worden, moet een bedieningselement de terminalco-
de = 0 toegewezen krijgen.
Voorbeeld: terminalwerking voor de warmtebron met buscode 2 ac-
tiveren [→ Hoofdmenu → Terminal → Bus-scan]:
Bus - scan wordt uitgevoerd. Het overzicht van alle gevonden appa-
raten wordt weergegeven.
1
Draaiknop rechtsom draaien tot regelaar BM1/BE1 #2 wordt
weergegeven.
2
Draaiknop kort aanraken om te bevestigen („OK").
è Het plaatselijke bedieningsgedeelte werkt als afstandsbedie-
ning voor de verwarming met buscode 2.
Om de terminalwerking te sluiten en het bedieningsgedeelte weer
voor de bediening van het toegewezen apparaat om te schakelen
moet er naar het startscherm van het externe apparaat worden ge-
gaan. Door de draaitoets lang in te drukken kan er teruggegaan wor-
den naar het menu van het plaatselijke apparaat.
INFORMATIE
Als het plaatselijke bediengsgedeelte als afstandsbedie-
ning voor een mengermodule wordt gebruikt, is het start-
scherm en de menustructuur veranderd (zie
4.9
Statistiek
[→ Hoofdmenu → Statistiek]
In dit menu kunnen opgetelde waarden van de vermogensafgifte en
looptijden van de warmtepomp en zijn componenten sinds de inbe-
drijfstelling (of sinds de laatste reset door de vakman) worden opge-
vraagd.
4
Functie
Hfst.
9).
Gebruiksaanwijzing
25