Gevaar!
Bij het gebruik van toestellen dienen enkele veilig-
heidsmaatregelen te worden nageleefd om lichamelijk
gevaar en schade te voorkomen. Lees daarom deze
handleiding / veiligheidsinstructies zorgvuldig door.
Bewaar deze goed zodat u de informatie op elk mo-
ment kunt terugvinden. Mocht u dit toestel aan andere
personen doorgeven, gelieve dan deze handleiding /
veiligheidsinstructies mee te geven. Wij zijn niet
aansprakelijk voor ongevallen of schade die te wijten
zijn aan niet-naleving van deze handleiding en van de
veiligheidsinstructies.
Deze handleiding kan ook als PDF-bestand worden ge-
download van onze internetsite www.isc-gmbh.info.
1. Veiligheidsaanwijzingen
Lees de volgende veiligheidsvoorschriften en de
handleiding aandachtig door, voordat u het appa-
raat in bedrijf neemt.
Mocht u dit apparaat aan andere personen doorgeven,
gelieve dan de handleiding mee te overhandigen.
Bewaar de handleiding altijd goed!
Gevaar! Bij het gebruik van elektrische gereed-
schappen moeten tegen schok-, verwondings- en
brandgevaar in principe steeds de volgende veilig-
heidsmaatregelen in acht worden genomen.
Lees deze aanwijzingen en hou er rekening mee
voordat u het toestel gebruikt en bewaar de veilig-
heidsinstructies goed.
1.
Houdhet werkgebied op orde.
– Een wanordelijke werkomgeving leidt tot onge-
lukken.
2.
Houdtrekening met omgevingsinvloeden.
– Laat elektrische gereedschappen niet in de
NL_NTS_155_SPK7.indb 6
NL_NTS_155_SPK7.indb 6
N
regen liggen. Gebruik elektrische gereedschappen
niet in een vochtige of natte omgeving. Zorg
voor een goede verlichting. Gebruik elektrische
gereedschappen niet in de buurt van brabdbare
vloeistoff en of gassen.
3.
Voorkom een elektrische schok.
– Vermijd lichaamskontakt met geaarde objekten,
zoals metalen buizen, radiatoren. C. V. kachels,
koelkasten enz.
4.
Houdtkinderen uit de buurt.
– Laat andere personen niet aan gereedschap of
snoer komen, houdtze weg van het werkgebied.
5.
Berg het gereedschap veilig op.
– Niet in gebruik zijnde elektrische gereedschap-
pen moeten in droge, afgesloten ruimten, buiten
het bereik van kinderen bewaard worden.
6.
Overbelast het gereedschap niet.
– Men werkt beter en veiliger binnen het aange-
geven vermogensbereik.
7.
Gebruik het juiste gereedschap.
– Gebruik geen machines met een te laag ver-
mogen of voorzetapparatuur voor een te zware
belasting.
Gebruik de machines niet voor een doel of karwei,
waarvoor zij niet bestremd zijn, bijv. gebruik geen
handcirkelzaag voor het omzagen van bomen of
snoeien van takken.
8.
Draag geschikte werkkleding.
– Draag geen slobberende kleding of sieraden.
Deze kunnen door de bewegende delen gegrepen
worden. Bij het werken in de open lucht zijn
rubber werkhandschoenen en schoenen met pro-
fi elzolen aan te bevelen. Draag bij lang haar enn
haarnet.
9.
Gebruik een veiligheidsbril.
– Gebruik ook een stofmasker bij stofverwekken-
de werkzaamheden.
10. Gebruik het snoer niet verkeerd.
– Draag de machine niet aan het snoer en gebruik
6
02.03.2017 08:47:01
02.03.2017 08:47:01