Instructies Voor de Gebruiker
3. Beschrijving van het bedieningspaneel
3.1 Het bedieningspaneel
Alle bedieningsorganen en controle-instrumenten van de vaatwasser zijn
aanwezig op het bedieningspaneel aan de bovenzijde. De handelingen
voor
het
uitsluitend bij een geopende deur plaatsvinden.
AAN/UIT TOETS
1
Door deze toets in te drukken wordt de machine onder spanning gezet.
CONTROLELAMPJE GESELECTEERD PROGRAMMA
2
Het verlichte controlelampje verwijst naar het geselecteerde programma en
eventuele storingen (oplossingen voor de storingen).
DRUKKNOP PROGRAMMAKEUZE
3
Druk deze knop meerdere malen in om het gewenste programma te selecteren.
CONTROLELAMPJE ZOUT BIJVULLEN
4
Het verlichte controlelampje geeft aan dat het zout in de machine op is.
CONTROLELAMPJE GLANSPOELMIDDEL BIJVULLEN
5
Het verlichte controlelampje geeft aan dat het glansspoelmiddel in de machine
op is.
DRUKKNOP EXTRA PROGRAMMA'S
6
Wanneer u deze drukknop indrukt kunt u één van de vijf extra programma's
gebruiken (zie tabel).
CONTROLELAMPJE EXTRA PROGRAMMA'S
7
Het brandende controlelampje wijst erop dat één van de vijf extra programma's
zal worden uitgevoerd (zie tabel).
inschakelen,
programmeren,
uitschakelen
enz.
kunnen
9