Draaisensor
5 Informatie voor elektromonteurs
GEVAAR!
Elektrische schok bij het aanraken van onderdelen in de montageomgeving die
onder spanning staan.
Elektrische schokken kunnen dodelijk letsel tot gevolg hebben.
Voordat werkzaamheden aan het apparaat worden uitgevoerd, moet het
stroomloos worden geschakeld en moeten spanningvoerende delen in de om-
geving worden afgedekt!
5.1 Montage en elektrische aansluiting
Apparaat aansluiten en monteren
o
Buskabel met aansluitklem op de busaansluiting (1) aansluiten.
o
Eventueel potentiaalvrije contacten op de toetsinterface (5) tussen klemmen COM en 1...3
aansluiten (afbeelding 2).
o
Apparaat (2) in apparatuurdoos monteren.
o
Frame (6), centraalplaat (7) en instelknop (8) monteren.
5.2 Inbedrijfname
Adres en toepassingssoftware laden
o
Busspanning inschakelen.
o
De programmeerknop (4) indrukken.
Het apparaat signaleert de programmeermodus met een pulserende signaaltoon (0,5 Hz).
o
Fysisch adres toekennen.
De signaaltoon verdwijnt.
o
Fysiek adres op het apparaat aanbrengen.
o
Applicatiesoftware in het apparaat laden.
6 Bijlage
6.1 Technische gegevens
KNX medium
Ingebruiknamemodus
82583703
J:0082583703
Afbeelding 2: Aansluiting binaire ingangen
3/4
TP1
S-modus
11.06.2012