7 Inregelen installatie
De wtw-unit wordt geleverd met een basisinstelling voor
beide ventilatoren. Zie hiervoor de onderstaande tabel.
Aangezien elke installatie anders is dient de digitale
regeling per bereik voor beide ventilatoren
ingesteld te worden zodanig dat de juiste luchtflows
geleverd wordt. Hiervoor gaat u als volgt te werk. Stel de
roosters in, voer een eerste meting uit en noteer per vertrek
de gemeten waarden. Corrigeer de afwijkingen door de
roosters te verstellen en voer een tweede meting uit. Is de
totale installatie niet in balans dan kunt u dit door middel
van de digitale regeling verstellen de luchtflows corrigeren.
Voer een derde meting uit en stel een meetrapport op.
EuroAir 180
Onderstaande grafiek geeft het verband weer van de
stuurspanning t.o.v de luchtflow en de opvoerhoogte.
De systeemdruk is ingesteld voor 145 Pa druk bij een flow
van 180 m³/h.
EuroAir 250
Onderstaande grafiek geeft het verband weer van de
stuurspanning t.o.v de luchtflow en de opvoerhoogte.
De systeemdruk is ingesteld voor 100 Pa druk bij een flow
van 275 m³/h.
EuroAir 325
Onderstaande grafiek g eeft het v erband w eer van de
stuurspanning t.o . v. de luch tflow e n de o pvoer h o ogte. De
syst eemdr u k is ingesteld voor 150 Pa druk bij een flow
van 325 m³/h.
EuroAir 400
Onderstaande grafiek g eeft het v erband w eer van de
stuurspanning t.o . v. de luch tflow e n de o pvoer h o ogte. De
syst eemdr u k is ingesteld voor 150 Pa druk bij een flow
van 400 m³/h.
E 6
EuroAir 480
Onderstaande grafiek g eeft het v erband w eer van de
stuurspanning t.o . v. de luch t flow e n de o pvoer h o o gt e .
De syst eemdr u k is ingesteld voor 150 Pa druk bij een flow
van 480 m³/h.
EuroAir 250
EuroAir 480 E6
29