8. INSTELLEN VAN DE FIETS
8.1 De zittingdiepte
Met de zitting in de juiste stand zit u bijna zo comfortabel als op een goede stoel en
trapt u moeiteloos de kilometers weg. Er is een goede vuistregel voor de juiste zitting
stand. U gaat zonder schoenen op de fiets zitten met de crank van u afgericht. Met
de hiel op het pedaal moet u dan uw been net kunnen strekken. Dat levert bij een
ronddraaiende trapbeweging, met de bal van uw voet (met schoen) op het pedaal, de
ideale "werkafstand". Vanuit deze stand kunt u na enige tijd de zitting instellen naar
de stand die voor u het prettigst is.
1. Trek de hevel omhoog om de stoel te ontgrendelen.
2. Zet de zitting in de gewenste stand.
3. Laat de hevel los en beweeg de zitting desgewenst iets heen en weer zodat de
vergrendeling hoorbaar en merkbaar in de blokkeer stand valt.
8.1.1 Zitting draaien
Om makkelijk in en uit te stappen is de bijrijderstoel standaard draaibaar.
1. zet de stoel in de voorste stand. Zie 8.1 zittingdiepte.
2. Haal de hendel aan de zijkant van de stoel omhoog.
3. Draai de stoel een kwartslag naar buiten.
4. Draai de stoel terug, laat de hevel los en beweeg de zitting desgewenst iets
heen en weer zodat de vergrendeling hoorbaar en merkbaar in de blokkeer
stand valt.
Let er op dat de zitting weer stevig vast wordt gezet. Een
loszittende zitting kan ervoor zorgen dat deze, tijdens het
fietsen, plotseling kan gaan bewegen. Dit kan gevaarlijk zijn.
18