Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Behringer ULTRA-CURVE PRO DSP8024 Korte Handleiding pagina 4

Inhoudsopgave

Advertenties

1
De INDICATOR toont u de gegevens van de verschillende functies van alle relevante parameters van de
ULTRA-CURVE PRO. Dit wordt, respectievelijk in een grafisch georienteerd oppervlak en een
vooringestelde lijst (SET-UP), afzonderlijk in de twee alternatieve bewerkingsmodes EQ en RTA gedaan.
In de SET-UP zijn de toetsen A – D gemerkd met +/- en worden ze gebruikt voor het veranderen van
waarden. In de andere velden zijn ze aan functies verbonden, die in de indicator ernaast getoond worden
(zgn. TESTTOETSEN).
2
MIDI-LED. Toont de ontvangst van MIDI-data.
3
EQ-TOETS. Schakelt de ULTRA-CURVE PRO in equalizermodus. In deze modus kan men gebruik
maken van alle audio verwerkingsfuncties zoals EQ, FEEDBACK DESTROYER, LIMITER en DELAY
(looptijd).
4
RTA-TOETS. Schakelt de ULTRA-CURVE PRO in analysatormodus. Deze biedt alleen maar
meterfuncties en een signaalgenerator. Er vindt geen signaalverwerking plaats.
5
IN/OUT-TOETS. Schakelt de ULTRA-CURVE PRO in het signaaltraject (LED schijnt groen) of uit het
signaaltraject (Bypass, LED blijft onverlicht). Het rood flikkeren van de LED toont DSP-overloop aan en
wordt gebruikt als signaaloverloop. De LED reageert tevens wanneer de in- of uitvoer helemaal correct
zijn, maar in een van beide treed een interne verwerking van overloop op. Wanneer de LED-lichten vaak
rood zijn, dan is het aangeraden om het invoerniveau te verlagen.
6
SET-UP-TOETS. Leidt u naar de set-up menu's. Hier kunt u de basis aanpassingen, zoals de keuze
van invoer signaalbronnen, frequentiezwaai, paswoord beveiliging, MIDI-configuraties, enz, van het apparaat
bewerken. Door middel van het eenvoudig indrukken van de SET-UP-toets gaat u de EQ- of de RTA set-
up in. Wanneer u de set-uptoets gedurende ongeveer twee seconden indrukt, dan komt u terecht op de
eerste pagina van de algemene opzet.
7
TESTTOETSEN. De toetsen A, B, C, D vindt u aan de linkerkant van de indicator. De functie van deze
toetsen wordt door de gebruikers-software aangegeven en wordt respectievelijk in de indicator weergegeven
door middel van een icoon, aan de rechterkant van de geschikte toets.In hoofdstuk 2 zal iedere icoon
met bijbehorende functie uitgebreid worden uitgelegd. Aan het einde van de tekst kunt u een lijst vinden
over alle gebruikte iconen en twee diagrammen van de menustructuur in de equalizer- en analysatormodus.
8
De CURSORTOETSEN bevinden zich aan de rechterkant van de indicator. Ze worden gebruikt voor:
1. Het selecteren van de filterfrequenties en de hoofdfader (geluidsniveauregelaar) in equalizermodus
(horizontaal).
2. Het veranderen van de versterking van de geselecteerde frequentie (verticaal).
3. Het plaatsen van de metingscursor in analysatormodus (horizontaal).
4. Het kiezen van de opstelling van een programma in beide werkingsmodes (verticaal).
5. Het keuzeveld in het set-upmenu (horizontaal en verticaal).
+
Onder alle omstandigheden betekend het weder indrukken van de tegenovergestelde cursor
dat de eerst gebruikte toets wordt versneld.
Afb. 1.2: De elementen aan de achterkant van de ULTRA-CURVE PRO
4
ULTRA-CURVE PRO DSP8024
1. INLEIDING

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave