Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Inspectie & Onderhoud; Inspectie; Inspectie Ventilatie-Unit; Inspectie Ventilator - Itho Daalderop CVE-S ECO Series Installatie & Gebruik

Inhoudsopgave

Advertenties

6. Inspectie & Onderhoud

6.1. Inspectie

De correcte werking van het ventilatiesysteem, het vermogen en de
levensduur kunnen alleen worden gegarandeerd als het systeem
volgens de onderstaande voorschriften wordt geïnspecteerd en
onderhouden. Deze voorschriften zijn gebaseerd op normale
bedrijfsomstandigheden.
ä
Let op!
Wanneer het ventilatiesysteem functioneert onder zware
bedrijfsomstandigheden of in een extra vervuilde omgeving kan
extra onderhoud noodzakelijk zijn.

6.1.1. Inspectie ventilatie-unit

De ventilatie-unit moet te allen tijde bereikbaar blijven voor
onderhoud. De ventilatie-unit behoeft weinig onderhoud. Reinig de
kunststof buitenzijde van de unit periodiek met een licht vochtige
doek.
a) Inspecteer de unit regelmatig op afwijkende geluiden.
b) Controleer regelmatig of de unit reageert op de
handbedieningen.
c) Controleer regelmatig of de unit reageert op de RV-sensor.
d) Controleer regelmatig of de unit reageert op de aangesloten
sensoren.
e) Inspecteer de ventilator jaarlijks.
f)
Neem contact op met een installateur indien het toestel
afwijkende geluiden produceert, niet meer reageert of wanneer
bij inspectie reinigen noodzakelijk blijkt. Het reinigen van de
waaier mag alleen uitgevoerd worden door een installateur.

6.1.2. Inspectie ventilator

ä
Let op!
Het vervangen van onderdelen of het schoonmaken van de
waaier mag alleen door een erkend installateur worden gedaan!
De gebruiker/consument mag het toestel niet openmaken.
Doorloop de volgende stappen bij inspectie van de ventilator:
a) Maak de ventilatie-unit spanningsloos.
b) Verwijder één van de tuitafdichtdoppen zodat de waaier
zichtbaar wordt.
c) Controleer de waaier visueel op vervuiling. De waaier vervuilt in
de loop van de tijd en moet bij normaal gebruik 1 maal per 4 tot
5 jaar worden gereinigd. Een lichte mate van vervuiling heeft
geen invloed op de werking.
d) Afhankelijk van de uitkomst van de inspectie moet de ventilator
worden gereinigd.
e) Monteer de doppen om de tuiten af te dichten.
f)
Breng de ventilatie-unit weer onder spanning.
Als het toestel afwijkende geluiden produceert, de ventilator
slingert of ernstig vervuild is dient deze vervangen cq
schoongemaakt te worden.

6.1.3. Inspectie RF-bediening

Controleer regelmatig of de RF-bediening nog werkt door de
ventilatie-unit in een andere stand te schakelen. Neem contact op
met een erkend installateur indien de unit niet meer reageert.

6.1.4. Inspectie van ventielen en roosters

Controleer de ventielen en roosters regelmatig (ongeveer 1 maal per
2 maanden) op vervuiling. Bij vervuiling dient u de ventielen en/of
roosters te reinigen. De ventielen en roosters kunnen door de
gebruiker worden gereinigd volgens de instructies bij Onderhoud.
19

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave