Geluid
– Digitale uitgang
Fabrieksinstelling: ALLE. Dit betekent dat de coaxiaaluitgang
is ingeschakeld. Als u geen apparatuur met een digitale
ingang aansluit, dient u de instelling te veranderen in UIT.
Hebt u geen digitale meerkanaalsgeliud, zet deze instelling
dan op PCM (Pulse Code Modulation).
– Analoge uitgang
Kies Stereo-, Dolby Surround- of 3D-geluid (TruSurround)-
uitgang overeenkomstig de weergavemogelijkheden van uw
installatie.
– Nachtstand
Optimaliseert de geluidsdynamiek bij een laag
weergavevolume.
– Karaoke zang
Zet deze instelling alleen op ON als u een karaoke-DVD-
meerkanaalsdisc afspeelt. De karaokekanalen op de disc
worden dan gemengd tot een normaal stereogeluid.
Taal
Kies de gewenste taal voor menu, gesproken tekst en
ondertiteling. Zie 'Basisinstellingen'.
De taal voor gesproken tekst en ondertiteling kan ook via
de menubalk op het scherm worden gewijzigd.
Functies
– Toegangscontrole
Toegangscontrole bevat de volgende onderdelen:
Kinderslot - Als deze functie op ON staat, moet een 4-
cijferige code worden ingetoetst om discs af te kunnen
spelen. Beveiligingsniveau - Voor het instellen van
'kijkvoorwaarden' bij DVD's die voor dit doel speciale
informatie bevatten. (zie 'Toegangscontrole').
– Statusvenster
Het statusvenster toont de actuele status van de speler en
wordt samen met de menubalk weergegeven. In de
stopstand wordt het samen met het 'Temporary Feedback'-
veld in het standaardscherm weergegeven. Zie 'OSD-menu';
Deze functie staat standaard op ON. Kies OFF als u niet
wilt dat het statusvenster wordt getoond.
– Bitsnelheidsindicator
Indien deze is geactiveerd, wordt de bitsnelheid voor video,
audio, en de totale bitsnelheid getoond. Dit geldt alleen
tijdens de weergave van DVD- en SVCD-discs.
– Helptekst
In de stand AAN geeft de helptekst een beschrijving van de
gekozen symbolen. Kies UIT als u de helptekst niet meer
nodig hebt.
G
EBRUIKSKLAAR
M
6 7
AKEN