18. Bijverwarming instellen, menu 7.1.5
19. Vermogensmonitor, menu 7.1.9
20. Flowinstelling klimaatsysteem, menu 7.1.6.2
©2021 NIBE Energietechniek BV – v2.2 NP/ML 20082021
U kunt het maximaal aangesloten vermogen voor
de elektrische bijverwarming op de fabriekswaarde
laten staan, maar indien gewenst aanpassen.
Het beschikbare vermogen is afhankelijk van het
exacte type toestel en kan dus afwijken van het
plaatje.
Zie ook de handleiding van het toestel of en hoe
het mogelijk is meer vermogen te krijgen dan in het
menu af fabriek beschikbaar is.
Wat u maximaal hiervan toestaat kunt u naar
keuze instellen.
Hier stelt u de grootte van de hoofdzekering van de
woning in. (In dit voorbeeld 25 Ampère). De
transformatieverhouding laat u staan op 300, dit is
de ratio van de meegeleverde stroomspoeltjes
(CT's, optioneel) welke in de groepenkast om de
hoofdfasen direct na de hoofdschakelaar kunnen
worden gemonteerd. Alleen als u de meetspoeltjes
heeft aangesloten klikt u op 'Fasevolgorde
detecteren'. Het aansluiten van de meetspoeltjes is
optioneel, wordt in Nederland enkel toegepast bij
woningen met een te lage aansluitwaarde.
Hier stelt u in welk afgiftesysteem u heeft, in dit
voorbeeld vloerverwarming. (Dit is om de delta T
van het afgifte systeem te bepalen).
Verder vult u de DOT (Design Outdoor
Temperature) in: voor Nederland is dit -10 °C. Bij
deze buitentemperatuur is het vollastvermogen van
het toestel bepaald in een warmteverlies-
berekening (transmissie).
8