Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Montage-Instructies; Inbouw In Massieve Muren; Inbouw In Massieve Plafonds; Aansluiting Van Verluchtingsleidingen - Schako BSK-EN Series Inbouw-, Montage- En Gebruikshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

MONTAGE-INSTRUCTIES

INBOUW IN MASSIEVE MUREN

Inbouw in massieve muren (schachtmuren, schachten,
kanalen en brandmuren) uit bijv. beton, metselwerk
conform EN 1996 resp. DIN 1053; massieve gipsblokken
conform EN 12859 resp. DIN 18163; ruwe dichtheid ≥
450 kg/m³ en muurdikte W ≥ 150 mm.
Inbouw met horizontaal klepblad
Omlopende openingen "s" moeten met mortel van
categorie M2,5 tot M15 overeenkomstig EN 998-2, NM II
tot III DIN V 18580 (tot nu toe: MG II tot III overeenkosmtig
DIN
1053)
resp.
brandwerende
overeenkomstige kwaliteit of geschikt voor een muursoort
met beton, volledig worden opgevuld. De minimale
afmeting van de openingen s
de brandklep wordt ingebouwd na het bouwen van de
muur,
zijn
de
openingen
mortelbeddiepte moet conform de minimale muurdikte
zijn en mag deze niet onderschrijden.
De afstand van de brandkleppen tot elkaar moet ten
minste 200 mm bedragen.
De afstand tot dragende, flankerende bouwdelen
(muur/massief plafond) bedraagt ten minste 75 mm.

INBOUW IN MASSIEVE PLAFONDS

Inbouw in massieve plafonds uit bijv. beton, poriebeton,
ruwe dichtheid ³ 500 kg/m³ en plafonddikte D ≥ 150 mm.
Inbouw volledige uitmorteling (omlopende openingen "s"
moeten met mortel van categorie M15 overeenkomstig EN
998-2, NM II DIN V 18580 (tot nu toe: MG III
overeenkomstig DIN 1053) resp. brandwerende mortel
van overeenkomstige kwaliteit volledig worden opgevuld.
De minimale afmeting van de openingen smin bedraagt
50 mm. Wanneer de brandklep wordt ingebouwd na het
bouwen van het plafond, zijn de openingen "s" niet nodig.
De mortelbeddiepte moet
muurdikte zijn en mag deze niet onderschrijden.
De afstand van de brandkleppen tot elkaar moet ten
minste 200 mm bedragen.
De afstand tot dragende, flankerende bouwdelen (muur)
bedraagt ten minste 75 mm.
Inbouw in massieve muur
Inbouw in massieve plafonds
Afbeelding 4: inbouw in massieve muren en plafonds
Constructiewijzigingen voorbehouden
Terugname niet mogelijk
mortel
van
bedraagt 50 mm. Wanneer
min
"s"
niet
nodig.
De
conform de minimale
BSK-EN– Brandwerende klep
INBOUW-, MONTAGE- EN GEBRUIKSHANDLEIDING
Montage-instructies

AANSLUITING VAN VERLUCHTINGSLEIDINGEN

De brandbeveiligingskleppen moeten ofwel aan één zijde
ofwel aan beide zijden met verluchtingsleidingen op het
ventilatiesysteem
worden
aansluitingen moeten telkens op de tegenoverliggende zijden
afsluitende
beschermingsroosters
bouwstoffen (EN 13501-1) worden voorzien. De brandkleppen
kunnen zowel op niet-brandbare alsook op brandbare
ventilatieleidingen worden aangesloten.
Er gelden nationale wettelijke voorschriften resp. nationale
normen voor verluchtingsinstallaties (bijv. LüAR).
In het bijzonder mogen, ook in geval van brand, geen
ontoegestane krachten op de brandklep alsook op de
kamerafsluitende
elementen
vuurbestendigheidsduur
compensatoren (flexibele aftakkingen) moeten als brandbare,
elastische aftakkingen uit minimaal normaal ontvlambare
bouwstoffen (EN 13501-1) worden uitgevoerd en moeten
tussen de brandklep en de verluchtingsleiding worden
geïnstalleerd. Flexibel deel van de aftakking (polyesterweefsel)
moet in ingebouwde toestand een minimale lengte van l
100 mm hebben, daardoor ontstaat de inbouwafmeting van
ca. L = 160 mm. Alternatief kunnen in het geval van de inbouw
van flexibele aftakkingen, ook flexibele verluchtingsleidingen
uit aluminium worden aangesloten. Verluchtingsleidingen
moeten afzonderlijk worden opgehangen.
Staat: 2018-11-14 | Pagina 5
aangesloten.
Bij
eenzijdige
uit
niet-brandbare
inwerken
en
hun
beïnvloeden.
Vereiste
=
min

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave