11.1.1.
Toepassingsvoorbeelden
Max. snelheid (omw/min)
11.2. Thermische motorbeveiliging
Tijdens gebruik worden elektrische motoren warm. Onder bepaalde omstandigheden (te hoge omgevings- of vloeistoftemperaturen,
zware vervuiling, enz.), kan de motortemperatuur de veiligheidslimiet van de elektrisch geïsoleerde componenten overschrijden.
Bij een EC-motoren is een elektronische temperatuurbewaking aanwezig.
11.3. Aardlekschakelaar
Als een aardlekschakelaar wordt gebruikt, zijn alleen AC/DC-gevoelige aardlekbeveiligingen (type B of B+) toegestaan.
Ook als het apparaat is uitgeschakeld staat er spanning op de klemmen en aansluitingen. U mag het appa-
raat pas aanraken nadat alle polen gedurende 5 minuten van het netwerk zijn losgekoppeld.
12. INGEBRUIKNAME
De ingebruikname door deskundig vakpersoneel mag pas gebeuren als elk risico is uitgesloten. De vol-
gende tests moeten worden uitgevoerd met inachtneming van de montage- en gebruikshandleiding en
de geldende voorschriften:
■ Toestel en kanaalsysteem moeten zijn gemonteerd volgens de voorschriften.
■ Het kanaalsysteem, het toestel en mediumleidingen (indien voorhanden) moeten gecontroleerd worden op de
aanwezigheid van vreemde objecten, die zonodig moeten worden verwijderd (spoelen).
■ De aanzuigopening en toevoerleiding naar het toestel moeten vrij zijn.
■ Alle mechanische en elektrische beschermingsmaatregelen moeten worden gecontroleerd (bijv. aarding).
■ Spanning, frequentie en stroomsoort van de netaansluiting moeten met het typeplaatje overeenstemmen.
13. ONDERHOUD EN REINIGING
Onderhoud, foutenherstel en reiniging mogen uitsluitend worden uitgevoerd door vakpersoneel, met
inachtneming van de montage- en gebruikshandleiding en de geldende voorschriften.
■ Zorg ervoor dat geen verbindingen van leidingen, aansluitingen en onderdelen losgemaakt worden zolang het toe-
stel niet volledig is afgesloten van de netstroom. Beveilig het toestel tegen opnieuw inschakelen.
■ Afzonderlijke onderdelen mogen niet met elkaar worden verwisseld, d.w.z. dat bijvoorbeeld de voor een bepaald
product bestemde onderdelen niet voor andere producten gebruikt mogen worden.
■ Door regelmatig onderhoud van onze apparatuur zorgt u voor een goede werking, waardebehoud en vermijdt u
schade. Houd een onderhoudsprotocol bij.
■ Voer het gespecificeerde onderhoud aan het apparaat uit met de aangegeven intervallen.
Onze apparaten vereisen weinig onderhoud wanneer ze correct worden gebruikt.
De volgende werkzaamheden moeten met inachtneming van de veiligheids- en arbeidsveiligheidsvoorschriften op
regelmatige tijdstippen worden uitgevoerd:
■ Het functioneren van de regeling en de veiligheidsinrichtingen moet worden gecheckt.
■ Elektrische aansluitingen en bedrading moeten worden gecontroleerd op beschadigingen.
■ Vervuilingen van de rotor(en) van de ventilator moeten worden verwijderd om onevenwichtige belasting en vermo-
gensvermindering tegen te gaan.
– Voor het schoonmaken (rotoren/behuizing) mogen geen agressieve of licht ontvlambare reinigingsmiddelen
worden gebruikt.
– Gebruik bij voorkeur uitsluitend water (geen stromend water) of een zachte zeepoplossing.
+10V
0-10V
GND
Potentiometer
+10V
0-10V
GND
NL
www.ruck.eu | 11