6.6.8
Achtergrondverlichting instellen
Het instellingenmenu is geopend.
Druk herhaaldelijk kort op de schakelaar Y
(links) of de schakelaar X (links) tot
ACHTERGRONDVERLICHTING wordt
weergegeven.
Druk op de toets (display) of schakelaar A
(links).
Er zijn drie keuzemogelijkheden:
Weergave
Functie
AAN
Verlichting altijd aan.
UI T
Verlichting altijd uit.
MAN UAL
De achtergrondverlichting wordt
samen met accugevoede verlichting
in- en uitgeschakeld.
Tabel 51: Wijzigingsmogelijkheden
achtergrondverlichting
Druk kort op de schakelaar Y (links) of de
schakelaar X (links) tot de gewenste functie is
gemarkeerd.
Druk op de toets (display) of schakelaar A
(links).
De instelling van de achtergrondverlichting is
gewijzigd.
Het display keert terug naar het beginscherm.
6.6.9
Helderheid instellen
Het instellingenmenu is geopend.
Druk herhaaldelijk kort op de schakelaar Y
(links) of de schakelaar X (links) tot
HELDERHEID wordt weergegeven.
Druk op de toets (display) of schakelaar A
(links).
U hebt de keuze uit 5 helderheidsniveaus.
Druk kort op de schakelaar Y (links) of de
schakelaar X (links) tot de gewenste functie is
gemarkeerd.
Druk op de toets (display) of schakelaar A
(links).
De helderheid is gewijzigd.
Het display keert terug naar het beginscherm.
MY22H03 - 26_1.0_01.10.2021
6.6.10 Beeldschermoptie instellen
Het instellingenmenu is geopend.
Druk herhaaldelijk kort op de schakelaar Y
(links) of de schakelaar X (links) tot
BEELDSCHERMOPTIE wordt weergegeven.
Druk op de toets (display) of de schakelaar A
(links).
Er zijn twee keuzemogelijkheden:
Weergave
Functie
WIT
zwarte letters op een witte
achtergrond
ZW A RT
witte letters op een zwarte
achtergrond
Tabel 52: Wijzigingsmogelijkheden beeldschermoptie
Druk kort op de schakelaar Y (links) of de
schakelaar X (links) tot de gewenste functie is
gemarkeerd.
Druk op de toets (display) of schakelaar A
(links).
De beeldschermoptie is gewijzigd.
Het display keert terug naar het beginscherm.
6.6.11 Signaaltoon instellen
Het instellingenmenu is geopend.
Druk herhaaldelijk kort op de schakelaar Y
(links) of de schakelaar X (links) tot
PIEPTOON wordt weergegeven.
Druk op de toets (display) of schakelaar A
(links).
Er zijn twee keuzemogelijkheden:
Weergave
Functie
AAN
Pieptoon altijd aan.
UIT
Pieptoon altijd uit.
Tabel 53: Wijzigingsmogelijkheden pieptoon
Druk kort op de schakelaar Y (links) of de
schakelaar X (links) tot de gewenste functie is
gemarkeerd.
Druk op de toets (display) of schakelaar A
(links).
De instelling van de pieptoon is gewijzigd.
Het display keert terug naar het beginscherm.
Gebruik
120