6
De eerste print
In dit hoofdstuk wordt de procedure voor het opstarten van een print beschreven.
WAARSCHUWING
De machine dient te worden gebruikt in een goed geventileerde ruimte. Dampen die kunnen
ontstaan tijdens het printproces zijn afhankelijk van het gebruikte filament en dienen bij
onvoldoende ventilatie te worden afgezogen.
WAARSCHUWING
De printer dient uitsluitend te worden bediend met gesloten cover. De dddrop printer werkt onder
hoge temperaturen en heeft warme bewegende onderdelen die kunnen leiden tot verwondingen.
Reik nooit in de dddrop printer wanneer deze aan het printen is.
Bedien de printer altijd vanaf de draaiknop aan de voorkant van de printer of met de aan/uit-
schakelaar aan de achterkant. Laat de dddrop printer tenminste 10 minuten afkoelen na het
printen, alvorens de cover te openen en in de dddrop printer te rijken.
Bij het open en sluiten van de cover is er kans op beknelling. Bedien de cover met twee handen.
Controleer en zorg er te allen tijde voor dat de uitzetter volledig is vergrendeld in open stand, en
dat de cover in gesloten stand in zijn positie haken valt.
6.1
Voorbereiden materiaalvoorziening
Let op: Voor het wisselen van materiaal VOOR en TIJDENS de print, zie 4.3.4. Geadviseerd wordt om
deze stap altijd voor het printen uit te voeren. De algemene voorbereiding wordt hieronder
beschreven.
1.
Plaats filament (1.75mm) aan de achterzijde van de printer aan de daarvoor bedoelde
rolhouders. Controleer dat het filament correct is gewikkeld en dat het niet in een lus wordt
aangevoerd. Hierdoor zou de materiaalaanvoer kunnen blokkeren en de print mislukken.
2.
Voer het filament via de filament geleiding naar de snelkoppeling en metalen bocht totdat
het doorsteekt.
3.
Druk de klemrol middels de hefboom (van de gewenste extruder in geval van LEADER TWIN)
vrij van de motorrol en voer het filament door de koeler tot onderin de nozzle. De
ventilator(en) assembly kan worden verzet om meer zicht te hebben op de locatie van het
filament. Voer door tot de Extruder tip is bereikt en laat hefboom los waardoor de klemrol
het filament tegen de motorrol aandrukt.
4.
Plaats de bocht in het lager (door de hefboom).
5.
Controleer materiaal aanvoer en materiaalkeuze.
WAARSCHUWING
Verzuimen om ALLE lagen materiaal van een vorige build van het printbed te verwijderen alsmede
een slecht afgesteld printbed kunnen een botsing veroorzaken met de Extruder en componenten
van het apparaat beschadigen.
6.2
Voorbereiden printbed
1.
Maak het printbed vrij van enig residu van eerdere prints.
2.
Leeg de container (Zie 7.2) en maak de borstel schoon (Zie 7.3).
3.
Maak het printbed schoon en vetvrij met de dddrop heatbed cleaner en papier uit het
startpakket.
4.
Controleer dat het printbed correct is afgesteld.
28
MNL170530