6. Voorbereidende werkzaamheden
6.1 Controle van de ontvangst van het wifi-modem
Controleer of het installatiegebied voldoende wifi-dekking heeft. Controleer aan de hand
van de leds van het apparaat of er een goed wifi-signaal aanwezig is. Denk eraan, zoals
gezegd in punt 5, dat het wifi-modem in een zo gunstig mogelijke positie moet worden
gezet voor een goede ontvangst van het signaal. Als er geen of slechts een fluctuerend
signaal is, kan er een externe antenne op een gunstigere plaats worden gemonteerd.
Interpretatie van de SIGNAL-leds:
6.2 Controle van de verbinding van de wifi-antenne
Schakel de voeding van het modem LX-WIFI-01 pas in na te hebben gecontroleerd of de
bijgeleverde antenne goed is aangesloten. De sprietantenne of de mannelijke SMA-connector die
verbonden is met de verlengkabel van de antenne moet helemaal worden vastgeschroefd aan de
vrouwelijke SMA-antenne. Als de telefoonschakelaar wordt gestart zonder antenne, zou het
vermogensstadium van de radiozender in de unit ernstig kunnen worden aangetast.
Gebruikshandleiding LX-WIFI-01 rev.03
HIGH SIGNAL = groene led: zeer sterk wifi-signaal
MID. SIGNAL = gele led: sterk wifi-signaal
LOW SIGNAL = rode led: zwak wifi-signaal
11
LX-WIFI-01