Algemene veiligheidsinstructies
• Gebruik het apparaat niet in ruimten of omgevingen met
explosiegevaar en plaats het daar nooit.
• Gebruik het apparaat niet in agressieve atmosferen.
• Controleer voor elk gebruik van het apparaat de
accessoires en aansluitonderdelen hiervan op mogelijke
beschadigingen. Gebruik geen defecte apparaten of
apparaatonderdelen.
• Voor aanvang van onderhouds-, verzorgings- of
reparatiewerkzaamheden aan het apparaat de stekker uit
het stopcontact trekken.
• Houd bij het opstellen van het apparaat rekening met de
minimale afstanden t.o.v. wanden en objecten evenals met
de opslag- en gebruiksomstandigheden, volgens de
hoofdstuk technische gegevens.
• Verwijder geen veiligheidssymbolen, stickers of etiketten
van het apparaat. Houd alle veiligheidssymbolen, stickers
en etiketten in een leesbare toestand.
Algemene veiligheidsinstructies – elektrische
veiligheid
• Het apparaat moet via een aardlekschakelaar (RCD) met
een aardlekstroom van maximaal 30 mA worden gevoed.
• Zorg dat alle elektrische kabels buiten het apparaat zijn
beschermd tegen beschadigingen (bijv. door dieren).
Gebruik het apparaat nooit bij schade aan elektrische
kabels of aan de netaansluiting!
• De stroomaansluiting moet voldoen aan de gegeven in het
hoofdstuk technische gegevens.
• Steek de netstekker in een volgens de voorschriften
gezekerd stopcontact.
• Schakel het apparaat uit en verwijder het netsnoer uit het
stopcontact als u het apparaat niet gebruikt.
• Gebruik het apparaat nooit als u schade aan de netstekker
of het netsnoer constateert.
Wordt de aansluitleiding van dit apparaat beschadigd,
moet het apparaat volgens de gegevens in het hoofdstuk
recycling worden gerecycled.
Defecte netsnoeren vormen een ernstig gevaar voor de
gezondheid!
• Bij overstromingsgevaar de stekkerverbindingen
aanbrengen in een gedeelte zonder overstromingsgevaar.
Er bestaat gevaar voor een elektrische schok!
• Zorg dat de netspanning overeenkomt met de gegevens op
het typeplaatje.
• Laat alle elektrische installatiewerkzaamheden, volgens de
nationale voorschriften en op basis van de
apparaatspecifieke eisen, uitvoeren door een vakman.
NL
• Gebruik het netsnoer niet als trektouw.
• De netstekker van het netsnoer uit het stopcontact trekken
• Bescherm het netsnoer tegen hitte, olie en scherpe
• Gebruik alleen verlengkabels die bedoeld zijn voor het
• Bij alle werkzaamheden aan het apparaat, bij lekkages in
• Gebruik het apparaat nooit als personen of dieren zich in
• Steek nooit voorwerpen of ledematen in het apparaat.
• Het apparaat is geen speelgoed. Houd kinderen en dieren
• Bewaak het apparaat tijdens bedrijf, om automatisch
• Houd er graag rekening mee, dat het apparaat niet
• Houd er rekening mee dat in het apparaat smeermiddelen
• Draag of bevestig het apparaat niet aan het netsnoer of
• Leg geen voorwerpen op het apparaat, ook niet voor het
schoon water dompelpomp, vlakafzuigend TWP 4005 E / TWP 7505 E / TWP 9005 E
door de netstekker vast te pakken.
randen. Zorg dat het netsnoer niet wordt bekneld, geknikt
of aan andere belastingen wordt blootgesteld.
betreffende aansluitvermogen, zijn tegen spatwater
beschermd en geschikt zijn voor gebruik in de buitenlucht.
Een kabelhaspel voor gebruik altijd helemaal afrollen.
Controleer de kabel op beschadigingen. Het gebruik van
verlengkabels, die niet zijn goedgekeurd voor gebruik in de
buitenlucht, kan leiden topt letsel door een elektrische
schok.
het watersysteem, tijdens pauzes en bij het niet gebruiken
de netstekker uit het stopcontact verwijderen.
Algemene veiligheidsinstructies – veiligheid van
personen
het water, resp. pompmedium bevinden of hier toegang
toe hebben. Er bestaat gevaar voor een elektrische
schok!
op afstand. Gebruik het apparaat alleen onder toezicht.
Apparaatspecifieke veiligheidsinstructies voor
dompelpompen
uitschakelen of drooglopen van het apparaat op tijd te
kunnen constateren. Door het drooglopen kan het apparaat
beschadigen. Controleer de werking van de
vlotterschakelaar regelmatig.
geschikt is voor continubedrijf (bijv. voor watervallen in
tuinvijvers). Controleer het apparaat regelmatig op een
probleemloze werking.
worden gebruikt, die door weglekken eventueel
beschadigingen of vervuilingen kunnen veroorzaken.
Gebruik het apparaat niet voor drinkwater of in tuinvijvers
met een visbestand of waardevolle planten.
aan de slang.
verzwaren hiervan. Het apparaat zakt door het eigen
gewicht naar de bodem.
3