Veiligheidsinstructies
Belangrijke instructies
– Wij verzoeken u vriendelijk om de bedienings- en plaatsingshandleiding en alle bij de wasautomaat meegeleverde
Voor de eerste keer wassen
informatie zorgvuldig door te lezen en dienovereenkomstig te handelen.
Geen wasgoed in de machine doen! Waterkraan openen. In compartiment II doen:
– Documentatie voor later gebruik bewaren.
– ca. 1 liter water
Gevaar voor elektrische
– Alleen aan de stekker, nooit aan de kabel trekken!
– Wasmiddel (dosering volgens opgave van de fabrikant voor lichte verontreiniging en corresponderende
schokken
– Stekker uitsluitend met drogen handen in het stopcontact steken of er uit halen.
waterhardheid)
Programmakiezer op Kreukherstellend 60 °C zetten en Start/bijvullen kiezen. Aan het einde van het programma de
Levensgevaarlijk
Bij versleten apparaten:
programmakiezer op Uit zetten.
– Netstekker uit contactdoos trekken.
– Aansluitkabel doorknippen en met stekker verwijderen.
Wasgoed en machine leegmaken
– Slot van de vuldeur onklaar maken. Kinderen kunnen zich zo niet opsluiten en in
– Bij de dosering van alle was-/toevoeging- en reinigingsmiddelen absoluut de instructies van de fabrikant aanhouden.
levensgevaar komen.
– Zakken legen.
Verstikkingsgevaar
– Verpakkingen, folie en verpakkingsonderdelen uit de buurt van kinderen houden.
– Let op metalen delen (paperclips etc.).
– Gevoelig textiel in net/zak wassen (panty's, gordijnen, beugel-bh's).
Vergiftigingsgevaar
– Was- en verzorgingsmiddelen op een voor kinderen niet toegankelijke plek
– Ritsen sluiten, slopen dichtknopen.
bewaren.
– Zand uit zakken en zomen borstelen.
Explosiegevaar
– Met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen, bijv. vlekkenverwijderaar /
– Gordijnringetjes verwijderen of in net/zak doen.
wasbenzine voorbehandeld wasgoed kan na het plaatsen tot een explosie leiden.
Wasgoed in de automaat doen
Wasgoed van te voren grondig met de hand spoelen.
Grote en kleine stukken wasgoed in de machine doen!
Letselgevaar
– De vuldeur kan zeer heet zijn.
– U moet voorzichtig zijn tijdens het weg laten lopen van heet water.
Wasgoed niet tussen vuldeur en rubberen afdichtrand klemmen.
– Niet op de wasautomaat klimmen.
Verschillend vervuild wasgoed
– Niet op de geopende vuldeur steunen.
Nieuw wasgoed apart wassen.
– Niet in de trommel grijpen wanneer deze nog draait.
licht
Niet voorwassen. Eventueel extra functie
Verbruikswaarden
Vlekken eventueel voorbehandelen.
sterk
Minder wasgoed in de machine doen. Programma met voorwas kiezen.
Programma
Belading
Stroom***
Water***
Programmaduur
***
Inweken
Was van gelijke kleur in de wasautomaat doen.
Katoen 20 °C
9 kg
0,25 kWh
80 l
2
h
Inweekmiddel/wasmiddel volgens aanwijzingen van de fabrikant in compartiment II doen. Programmakiezer op
Katoen 30 °C zetten en Start/bijvullen kiezen. Na ca. 10 minuten Start/bijvullen kiezen, om het programma te
Katoen 40 °C*
9 kg
1,05 kWh
80 l
2
h
onderbreken. Na de gewenste inweektijd opnieuw Start/bijvullen kiezen wanneer het programma hervat moet worden,
of het programma wijzigen.
Katoen 60 °C
9 kg
1,23 kWh
80 l
2
h
Stijfsel
Wasgoed mag niet met wasverzachter zijn behandeld.
Katoen 90 °C
9 kg
2,3 kWh
92 l
2
h
Stijfsel in alle wasprogramma's met vloeibaar stijfsel mogelijk. Stijfsel volgens aanwijzingen van de producent in het
wasverzachtercompartiment
(eventueel eerst reinigen) doseren.
Kreukherstellend 40 °C*
4 kg
0,69 kWh
60 l
2 h
Kleuren / ontkleuren
Snel + Mix 40 °C
3,5 kg
0,47 kWh
49 l
1 h
Verven alleen in die mate die gebruikelijk is voor huishoudens. Zout kan RVS aantasten! Instructies van de
Fijn/Zijde 30 °C
2 kg
0,14 kWh
33 l
h
verfproducent aanhouden! Was niet in de wasautomaat ontkleuren!
Wol 30 °C
2 kg
0,16 kWh
40 l
h
* Programma-instelling voor controle volgens geldende EN60456.
Instructies voor vergelijkingstests: Voor het testen voor de testprogramma's aangegeven beladingshoeveelheid met
maximaal centrifugetoerental wassen.
Energieverbruik
Waterverbruik
Programma
Extra functie
Belading
per jaar
per jaar
Katoen 40/60 °C
EcoPerfect**
9/4,5 kg
196 kWh
11300 l
** Programma-instelling voor controle- en energie-etikettering conform de richtlijn 2010/30/EU met koud water (15 ºC).
*** De waarden wijken afhankelijk van de waterdruk, hardheid, inlooptemperatuur, ruimtetemperatuur, wasgoedsoort en
vervuiling, gebruikt wasmiddel, variaties in de netspanning en gekozen extra functies af van de aangegeven waarden.
8
Inzet voor vloeibaar wasmiddel
afhankelijk van model
Voor de dosering van vloeibaar wasmiddel de inzet plaatsen:
– Wasmiddellade helemaal uitnemen
blz. 10.
– Lade naar voren schuiven.
Lade niet gebruiken (naar boven schuiven):
– bij gel-achtig wasmiddel en waspoeder,
– bij programma's met +Voorwas of de optie
(Klaar in).
Onderhoud
– Elektrocutiegevaar! Netstekker uit het stopcontact halen!!
– Explosiegevaar! Geen oplosmiddelen!
Behuizing machine, bedieningspaneel
– Wasmiddelresten direct verwijderen.
– Met een zachte, vochtige doek afwrijven.
– Reinigen met waterstraal niet toegestaan.
Doseerbakje reinigen ...
... wanneer was- of wasverzachterresten aanwezig zijn.
1. Er uit trekken, borging naar beneden drukken, lade volledig uitnemen.
2. Inzet uitnemen: Met de vinger de inzet van onderen naar boven drukken.
3. Doseerbakje en inzet met water en borstel reinigen en drogen.
4. Inzet plaatsen en inklikken (cilinder op geleidepen steken).
5. Doseerbakje inschuiven.
Speed Perfect kiezen.
Doseerbakje open laten zodat restvocht kan opdrogen.
Wastrommel
Vuldeur open laten zodat de trommel kan drogen.
Chloorvrij poetsmiddel gebruiken, geen staalwol.
Ontkalken
Geen wasgoed in de machine!
Niet nodig bij correcte wasmiddeldosering. Wanneer het toch nodig is, instructies van de fabrikant van het
ontkalkingsmiddel aanhouden. Geschikte ontkalkingsmiddelen kunnen via onze internetsite of via de Servicedienst
(
blz. 13) worden aangeschaft.
Instructies op het display
afhankelijk van model
knippert
Vuldeur goed sluiten; evtl. wasgoed ingeklemd.
:
,
Waterkraan volledig openen, toevoerslang geknikt/afgeklemd; Zeef reinigen
blz. 11, waterdruk te laag.
:
Pomp verstopt; Pomp reinigen
blz. 11.
Afvoerslang/afvoerbuis verstopt; Afvoerslang op sifon reinigen
blz. 11.
:
Water in bodembak, apparaat lek. Contact opnemen met de Servicedienst!
Kinderslot geactiveerd: deactiveren
blz. 5.
Andere indicaties
Apparaat uitschakelen, 5 seconden wachten en weer inschakelen. Wanneer de melding opnieuw
verschijnt, contact opnemen met de Servicedienst
blz. 13.
9
10
Verbrandingsgevaar!
Wat te doen wanneer...
Instructies bij verstopping
– Wassop laten afkoelen!
– Waterkraan dichtdraaien!
Pomp
Er water uitstroomt
– Afvoerslang juist bevestigen / vervangen.
Programmakiezer op Uit zetten, stekker uit het stopcontact halen.
– Schroefaansluiting van de toevoerslang vastdraaien.
Geen watertoevoer.
– Start/bijvullen niet gekozen?
1. Service klep openen en verwijderen.
Wasmiddel niet ingespoeld.
– Waterkraan niet geopend?
– Evtl. zeef verstopt? Zeef reinigen
– Toevoerslang geknikt of ingeklemd?
2. Afvoerslang uit de houder nemen.
Afsluitkap verwijderen, wassop weg laten lopen.
Vuldeur gaat niet open.
– Veiligheidsfunctie actief. Programma afbreken?
Afsluitkap er op drukken.
–
– Openen alleen via de noodontgrendeling mogelijk?
Het programma start niet.
– Start/bijvullen of
3. Pompdeksel voorzichtig losschroeven (restwater)
– Vuldeur gesloten?
– Kinderslot actief? Deactiveren
4. Binnenruimte, schroefdraad van het pompdeksel en pomphuis reinigen (waaier van de
Wassop wordt niet afgepompt. –
pomp moet gedraaid kunnen worden).
– Pomp reinigen
– Afvoerbuis en/of afvoerslang reinigen.
Water in de trommel niet
– Geen storing - Waterniveau onder het zichtbare bereik.
zichtbaar.
5. Pompdeksel weer plaatsen en vastschroeven. Greep staat verticaal. Afvoerslang in de
houder plaatsen.
Centrifugeresultaat niet naar
– Geen fout - onbalans controlesysteem heeft het centrifugeren afgebroken,
tevredenheid.
ongelijkmatige verdeling van het wasgoed.
6. Serviceklep plaatsen en sluiten.
Wasgoed nat / te vochtig.
Kleine en grote stukken wasgoed gelijkmatig in de trommel verdelen.
– Licht strijken gekozen?
– Te laat toerental gekozen?
Om te voorkomen dat bij de volgende keer wassen het wasmiddel ongebruikt in de afvoer stroomt:
De programmaduur wijzigt
– Geen fout - Het programmaverloop wordt geoptimaliseerd voor het betreffende
1 liter water in compartiment II gieten en programma Afpompen starten.
tijdens de wascyclus.
wasproces. Dat kan leiden tot veranderingen in de programmaduur op het display.
Meermalen beginnen met
– Geen storing - Het onbalans controlesysteem zorgt er voor dat onbalans verdwijnt.
Afvoer slang op sifon
centrifugeren.
Programmakiezer op Uit zetten, stekker uit het stopcontact halen.
Restwater in het compartiment
– Geen fout - Werking als verzorgingsmiddel wordt niet beïnvloed
voor verzorgingsproduct.
– Eventueel inzet reinigen
1. Slangenklem losmaken, afvoerslang voorzichtig lostrekken (restwater).
2. Afvoerslang en sifonklemmen reinigen.
Geurvorming in wasautomaat.
– Programma Katoen 90 °C zonder wasgoed doorvoeren. Hiervoor
3. Afvoerslang weer plaatsen en aansluitplek met slangenklem borgen.
hoofdwasmiddel gebruiken.
Zeef in watertoevoer
Statusindicatie
knippert.
– Teveel wasmiddel gebruikt?
Elektrocutiegevaar
Eventueel loopt er wasmiddel uit
1 eetlepel wasverzachter met een ½ liter water mengen en in compartiment II
Aqua-Stop-veiligheidsvoorziening niet in water onderdompelen (bevat elektrische afsluiter).
de wasmiddelschuiflade.
doen (niet bij Outdoor- en dons-textiel!).
– Wasmiddeldosering bij de volgende wasbeurt reduceren.
Waterdruk in toevoerslang afbouwen:
Sterke geluidsontwikkeling,
– Apparaatvoeten gefixeerd?
1. Waterkraan sluiten!
trillingen en "wandelen" bij het
Apparaatvoeten borgen
2. Willekeurig programma kiezen (behalve Centrifugeren/Afpompen).
centrifugeren.
– Transportbeveiligingen verwijderd?
3. Start/Bijvullen kiezen. Programma ca. 40 seconden laten lopen.
Transportbeveiliging verwijderen
4. Programmakiezer op Uit zetten. Netstekker uit contactdoos trekken.
Geluiden bij het centrifugeren
– Pomp reinigen
en afpompen.
Zeef reinigen:
Display / displaylampen werken
– Stroomstoring?
5. Slang van waterkraan nemen.
tijdens het bedrijf niet.
Zeef met kleine borstel reinigen.
– Zekeringen geschakeld? Zekeringen inschakelen/vervangen.
– Energiebespaarmodus actief?
en/of bij modellen Standard en Aqua-Secure:
– Wanneer de storing herhaald optreedt de servicedienst inschakelen.
Slang aan de achterzijde losmaken,
Programmaduur langer dan
– Geen storing- Onbalans controlesysteem verhelpt de onbalans door het
Zeef met tang uitnemen en reinigen.
gewoonlijk.
meermalen verdelen van het wasgoed.
– Geen fout - schuimcontrolesysteem actief - er wordt een spoelcyclus toegevoegd.
6. Slang aansluiten en op lekdichtheid controleren.
Resten wasmiddel op het
– Soms bevatten fosfaatvrije wasmiddelen resten die niet in water oplosbaar zijn.
wasgoed.
– Spoelen kiezen of de was na het wassen afborstelen.
11
Wat te doen wanneer ...
In de Bijvullen-toestand knippert
– Waterpeil te hoog. Wasgoed bijvullen niet mogelijk. Eventueel vuldeur direct
Start/bijvullen heel snel en er
sluiten.
klinkt een signaal
– Start/bijvullen kiezen om het programma te hervatten.
Wanneer een storing niet zelf verholpen kan worden (Uit-/aanschakelen) of een reparatie nodig is:
blz. 11.
– Programmakiezer op Uit zetten en stekker uit het stopcontact halen.
– Waterkraan dichtdraaien en Servicedienst inschakelen
blz. 13.
blz. 4.
(Spoelstop = zonder eindcentrifugeren) gekozen?
blz. 3,4.
Noodontgrendeling
blz. 13.
bijv. bij stroomstoring
(Klaar in)- tijd gekozen?
Het programma wordt hervat wanneer de stroomstoring is afgelopen. Moet toch het wasgoed worden verwijderd, dan
kan de vuldeur als volgt worden geopend:
blz. 5.
(Spoelstop = zonder eindcentrifugeren) gekozen?
blz. 3,4.
Verbrandingsgevaar!
blz. 11.
Wassop en wasgoed kunnen heet zijn. Eventueel eerst laten afkoelen.
Niet in de trommel grijpen wanneer deze nog draait.
Niet de vuldeur openen wanneer er nog water achter het venster zichtbaar is.
1. Programmakiezer op Uit zetten en de stekker uit het stopcontact halen.
2. Wassop weg laten lopen
blz. 11.
3. Noodontgrendeling met een gereedschap naar onder trekken en loslaten.
Vervolgens kan de vuldeur worden geopend.
blz. 5.
blz. 5.
Servicedienst
Wanneer u de storing niet zelf kunt verhelpen (Wat te doen wanneer ...,
blz. 12, 13), neem dan a.u.b. contact op
met onze Servicedienst. Wij vinden altijd een passende oplossing, ook om onnodige monteursbezoeken te vermijden.
De contactgegevens voor de dichtstbijzijnde Servicedienst vindt u hier, resp. in de Servicedienst-index (afh. van het
model).
blz. 10.
– NL 088 424 4010
– B 070 222 141
Geef a.u.b. aan de Servicedienst het typenummer (E-Nr.) en het fabricagenummer (FD) van het apparaat door.
Deze informatie kunt u vinden:
Aan de binnenzijde van de vuldeur * / geopende serviceklep*
en de achterzijde van het apparaat.
*afh. van het model
Typenummer
Fabricagenummer
Plaatsingshandleiding.
Vertrouw op de deskundigheid van de producent. Neem contact met ons op.
Plaatsingshandleiding.
Zo bent u er zeker van dat de reparatie door geschoolde servicemonteurs wordt uitgevoerd, die beschikken over
originele reservedelen
blz. 11.
blz. 5.
12
Wasautomaat
nl Gebruikershandleiding
13