De resolutie instellen
De resolutie bepaalt de kwaliteit van grafische afbeeldingen. De beeldresolutie wordt gemeten in
dots per inch (dpi). Een instelling van 600 dpi zorgt voor beelden met 600 dots (pixels) per inch van
het beeld. Een hogere resolutie zorgt voor een betere afdrukkwaliteit.
De resolutie aanpassen:
Druk op de toets Startpagina Functies en druk vervolgens op Fax.
1.
2.
Als u de gegevens van de ontvanger wilt invoeren, druk dan op een optie of druk op Overslaan.
Druk op Resolutie.
3.
4.
Druk op het scherm Resolutie op de gewenste resolutie.
− Standaard: wordt gebruikt voor tekst die door het apparaat is gegenereerd.
− Fijn: wordt gebruikt voor lijntekeningen, kleinere tekst en handgeschreven tekst.
− Extra fijn: wordt gebruikt voor fijnere tekst, tekeningen en beelden met een lagere resolutie.
5.
Selecteer OK.
Specifying the Size of the Original
Om te zorgen dat u het juiste gebied van de documenten scant, geeft u het origineelformaat op.
Het origineelformaat opgeven:
Press the Services Home button, then touch Fax.
1.
To enter recipient details, touch an option or touch Skip.
2.
3.
Touch Original Size.
4.
Selecteer een optie op het scherm Origineelformaat:
− Auto-herkenning: Met deze optie laat u de printer het formaat van het origineel vaststellen.
− Vooringesteld scangebied: Met deze optie geeft u het te scannen gebied op, als dit
overeenkomt met een standaard papierformaat. Selecteer het juiste papierformaat in de
keuzelijst.
− Aangepast scangebied: u kunt de hoogte en breedte opgeven van het te scannen gebied.
− Originelen van gemengde formaten: U kunt originelen van verschillende
standaardformaten scannen. Gebruik het schema in het scherm om te bepalen welke
verschillende origineelformaten in dezelfde opdracht kunnen worden gebruikt.
Selecteer OK.
5.
Achtergrondverschillen automatisch onderdrukken
Wanneer u originelen scant die op dun papier zijn gedrukt, schijnen de beelden op de ene zijde van
het papier door op de andere zijde. Met de instelling Auto-onderdrukking is de printer minder
gevoelig voor variaties in lichte achtergrondkleuren.
Auto-onderdrukking selecteren:
Druk op de toets Startpagina Functies en druk vervolgens op Fax.
1.
2.
Als u de gegevens van de ontvanger wilt invoeren, druk dan op een optie of druk op Overslaan.
3.
Druk op het tabblad Afdrukkwaliteit en druk vervolgens op Beeldverbetering.
Druk voor Achtergrondonderdrukking op Auto onderdrukking.
4.
5.
Druk op OK.
®
®
Xerox
WorkCentre
7220/7220i/7225/7225i multifunctionele kleurenprinter
Faxen
Gebruikershandleiding
165