Instellingen
Geluiden en trillen
Opties
U kunt de instellingen voor diverse geluiden op het apparaat wijzigen.
Tik op het scherm Instellingen op Geluiden en trillen.
• G eluidstand: instellen dat het apparaat de geluidstand, de trilstand of de stille stand gebruikt.
• T rillen bij inkomende oproep: instellen dat bij inkomende oproepen zowel een beltoon als een
trilsignaal wordt gebruikt door het apparaat.
• T ijdelijk dempen: instellen dat het apparaat gedurende een bepaalde periode de stille stand
gebruikt.
• B eltoon: de beltoon voor oproepen wijzigen.
• M eldingsgeluid: het meldingsgeluid wijzigen.
• V olume: pas het volume van het apparaat aan.
• T rilpatroon: een trilpatroon selecteren.
• S ysteemgeluid: stel in dat het apparaat geluid maakt bij acties zoals het aanraakscherm
bedienen.
• G eluidskwal. en -effecten: de geluidskwaliteit en -effecten van het apparaat instellen. Voor
meer informatie raadpleeg
• A fzonderlijk app-geluid: instellen dat mediageluid van een specifieke app afzonderlijk op
het andere audioapparaat wordt afgespeeld. Raadpleeg
informatie.
Dolby Atmos (surroundgeluid)
Selecteer een surround sound-stand die is geoptimaliseerd voor verschillende typen audio, zoals
films, muziek en spraak. Met Dolby Atmos ervaart u bewegende audiogeluiden om u heen.
Tik op het scherm Instellingen op Geluiden en trillen → Geluidskwal. en -effecten → Dolby
Atmos, tik op de schakelaar om deze functie in te schakelen en selecteer een stand.
Voordat u deze functie gebruikt, moet u een oortelefoon aansluiten.
Dolby Atmos
(surroundgeluid).
128
Afzonderlijk app-geluid
voor meer