Bij het installeren van de kabels in de monitorarmen dienen de
kabels aan de monitorzijde en de trolleyzijde lang genoeg zijn
om de arm vrij te kunnen bewegen. Dit voorkomt schade aan
de kabels tijdens het gebruik.
5.3.2 Aanbrengen van de bekabeling in de arm
De arm bestaat uit één of twee extensies en een liftarm. Zie hiervoor de
onderstaande afbeelding.
De noodzakelijke bekabeling loopt door de elementen en de draaipunten.
Er is voldoende ruimte voor minstens 4 kabels en een aarddraad (bij
normaal gebruik is er sprake van 1x voedingskabel, 1x een aarddraad en
1x videokabel). Het aantal kabels hangt voornamelijk af van de dikte van
de kabels.
De huidige DVI standaard word het meest toegepast bij medische
monitoren en hebben tevens de grootste standaard videostekkers en de
dikste kabels t.o.v. andere standaarden. Daarom is het ontwerp op het
gebruik van deze kabels gebaseerd.
De interne kabels worden vooral bij de draaipunten het zwaarst belast.
De oorzaak hiervan is dat de kabels ter hoogte van elk draaipunt een
knik maken en op deze plaats het meest bewegen als de arm wordt
gedraaid.
Als extra bescherming worden de kabels in de draaipunten
omwonden met een stevige kunststof spiraal die met de arm
wordt meegeleverd. De kabels moeten -zonder in elkaar
gedraaid te zijn- worden omwonden.
Pagina 25