Inhoudsopgave
Advertenties
Merope-dive-tools Kompas K22 DPV
4. Richting bepalen
Zorg dat de dubbele streep van de kompasroos evenwijdig loopt met de lengte van de scooter.
Het rode bolletje (of de N) geeft het noorden aan; het witte bolletje (of de S) ertegenover, het
zuiden.
Manuele heading functie:
Door gebruik te maken van de manuele heading functie kan eenvoudig de richting vastgezet
worden in de kompasroos.
Doe dit als volgt:
Richt de scooter in de richting van het object waarheen je wil varen. Druk de rechter knop eenmaal
in. Er verschijnt een geel bolletje in de kompasroos. Tevens wordt de heading digitaal
bijgeschreven in de tabel onder "A".
Het gele bolletje moet op de top van de dubbele streep blijven. Dit is de richting van de juiste
koers.
GPS heading functie:
Deze functie werkt alleen als er GPS signalen ontvangen kunnen worden. Daarvoor moet het
kompas een onbelemmerd zicht hebben op de hemel. Liefst een zo groot mogelijk bereik.
Bijvoorbeeld 360 graden vrij zicht.
GPS-signaal kan dus niet onder water of bijvoorbeeld in een grot ontvangen worden.
Als er genoeg GPS satellieten ontvangen worden, zal er in de linkerbovenhoek van het
hoofdscherm "Sxx" verschijnen. Bij meer dan 4 satellieten in dit veld is er plaatsbepaling mogelijk.
Meer satellieten maakt plaatsbepaling nauwkeuriger.
Slecht GPS signaal
Goed GPS signaal
Wanneer uit de opgeslagen GPS locaties een locatie wordt gekozen,
zal automatisch de heading worden gezet (geel bolletje). Tevens
komt de afstand tot het object in beeld onder de temperatuur
aanduiding: D xxxxm. Bijvoorbeeld: D 0179m. Dit betekent dat de
afstand tot de gekozen GPS locatie 179 meter is.
16
Advertenties
Inhoudsopgave
