6.
Er verschijnt een scherm met de volgende instellingen: Kopieën, Paginavolgorde en Sorteren. U kunt ze nu
controleren en wijzigen, ongeacht de instellingen in de quickset. Tik op Afdrukken om door te gaan.
7.
U kunt na het afdrukken ervoor kiezen om nog een bestand af te drukken of naar de taakwachtrij te gaan.
Als u direct nog een bestand afdrukt zonder terug te gaan naar het startscherm, worden de tijdelijke
instellingen van het eerder afgedrukte bestand opnieuw gebruikt.
Afdrukken via e-mail (HP Print)
Deze optie standaard is uitgeschakeld, maar u kunt haar inschakelen vanaf het voorpaneel door te tikken op het
pictogram
configureren via het HP Connected-scherm op het voorpaneel.
Wanneer HP ePrint is ingeschakeld, wordt het pictogram toegevoegd aan via het voorpaneel zoals hieronder
aangegeven:
U kunt het e-mailadres van uw printer te weten komen door op het nieuwe pictogram te tikken. Als u het adres
wilt wijzigen of het gebruik ervan wilt beperken, kunt u dit doen via http://www.hpconnected.com.
Op deze manier kunt u vanaf elke locatie met een internetverbinding afdrukken, zonder dat u een printer driver
nodig hebt. Er zijn een paar beperkingen waarmee u rekening moet houden:
De bijgevoegde af te drukken bestanden moeten een van de volgende formaten hebben: PDF, JPEG of TIFF.
●
De maximale bestandsgrootte is 10 MB, maar het kan zijn dat uw e-mailserver een lagere limiet heeft.
●
Bestanden worden afgedrukt in de oorspronkelijke afmetingen (schaal 100%), in normale kwaliteit, in kleur,
●
en normaalgesproken staand (op sommige printers kan autorotatie mogelijk zijn).
90
Hoofdstuk 5 Het verzenden van een taak om af te drukken
en vervolgens Connectiviteit > HP Connected > HP ePrint-connectiviteit. U kunt HP ePrint ook
NLWW