5. Inbedrijfstelling
5.1 Instellingen
Alle instellingen worden met behulp van de ETS uitgevoerd. Zie document „KNX-
handboek PresenceLight 180-KNX/PresenceLight 360-KNX" (applicatiebeschrij-
ving). Ter ondersteuning van de inbedrijfstelling is optioneel de management-
afstandsbediening SendoPro 868-A verkrijgbaar. Met de SendoPro 868-A kunnen
de parameters worden geoptimaliseerd. Met de SendoPro 868-A kunnen een
NL
aantal te wijzigen parameters worden aangepast (zie paragraaf 6 pagina 163). Door
stuuropdrachten via de SendoPro 868-A kan de reactie tijdens de inbedrijfstelling
worden gewijzigd (zie paragraaf 8 pagina 169).
5.2 Ruimte-correctiefactor
Met de ruimte-correctiefactor wordt de werkelijke lichtsterkte van de aanwezig-
heidsmelder aan de omstandigheden in de ruimte aangepast en kan zo met de
gemeten luxmeter-waarde op het vlak onder de aanwezigheidsmelder woden ge-
lijkgesteld.
5.3 Programmeermodus
De programmeermodus kan met de programmeerknop aan de achterkant van de
aanwezigheidsmelder of zonder demontage van de aanwezigheidsmelder met be-
hulp van de SendoPro 868-A management-afstandsbediening worden ingesteld.
5.4 Fabrieksinstellingen
De aanwezigheidsmelder wordt met een basisinstelling geleverd. Deze basisinstel-
ling kan weer worden hersteld.
161