Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Classificatie Van De Gemeten Waardes (Who); Polsdruk - uebe Visomat comfort 20/40 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

C
Het oppompen stopt zodra de gemeten
waardes zijn bepaald, hierna wordt het man-
chet automatisch ontlucht. Aan het einde
van de meting hoort u een lange pieptoon.
De bepaalde systole,diastole, polswaardes
en de polsdruk (PP) worden getoond in het
display (Afbeelding 4).
Als de meting is afgelopen heeft u nogmaals de mogelijkheid
de geheugenplaats te wijzigen waar u de gegevens wilt op-
slaan. Om dit te doen drukt u op de geheugenplaats van de
gebruiker waarvan u de gegevens wilt opslaan.
Na ongeveer 3 minuten schakelt het apparaat zichzelf uit. U
kunt ook eerder het apparaat uitzetten door het indrukken
van de start/stop knop.

11. Classificatie van de gemeten waardes (WHO)

Het apparaat categoriseert de gemeten bloed-
drukwaardes volgens de richtlijnen van de We-
reldgezondheidsorganisatie (WHO) van 1999.
U kunt de classificatie na elke meting d.m.v.
de driehoek in het display en de kleurenvelden
naast het display aflezen.
De WHO classificatie wordt opgeslagen samen met de gemeten
waardes en beide kunnen worden opgeroepen via het geheugen.
Afhankelijk van leeftijd, gewicht en algemene gezondheid kan
de bloeddruk waarden verschillen. Alleen een arts kan voor u
de juiste bloeddrukwaardes bepalen en vertellen of uw gemeten
bloeddruk voor u gevaarlijk kan zijn. Bespreek uw bloeddruk-
waardes met uw arts.
NL-18
Het apparaat gebruiken
Afbeelding 4
Het apparaat gebruiken
Systolische druk
Classificatie
= Bovenwaarde
Hypertentie Nivo 3
Hypertentie Nivo 2
Hypertentie Nivo 1
Hoog-Normaal
Normaal
Optimaal

12. Polsdruk

De polsdruk-niet te verwarren met polsslag- geeft een indicatie
van de elasticiteit van de bloedvaten. Een stijf vatensysteem kan
een negatief effect hebben op het cardiovasculaire systeem. Uit
onderzoek is gebleken dat het cardiovasculaire risico stijgt als de
polsdruk premanent hoger is dan 65 mmHg.
Het hart functioneert in twee fasen, de contractiefase (systole)
en de rustfase fase (diastole). Het drukverschil tussen systole en
diastole wordt polsdruk of pulsamplitude genoemd. Des te hoger
de polsdruk des te stijfer de vaten.
Hoge bloeddruk
Boven 65 mmHg
Verhoogde polsdruk
55 tot 65 mmHg
Normale polsdruk
Onder 55 mmHg
Als uw polsdruk altijd boven 55 mmHg aangeeft bespreek dit dan
met uw arts.
C
Diastolische druk
= Onderwaarde
mmHg
mmHg
≥ 180
≥ 110
160-179
100-109
140-159
90-99
130-139
85-89
120-129
80-84
< 120
< 80
NL-19

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave