7
Algemene functies van het apparaat
De instellingen kunnen zowel met de toetsen op het apparaat als met de
afstandsbediening worden veranderd. Identiek opschrift op de afstandsbediening
en op het apparaat betekent identieke functies. In het algemeen wordt
beschreven hoe u het apparaat met de afstandsbediening bedient.
7.1
Apparaat inschakelen
Trek vóór gebruik van het apparaat de antenne (15) volledig uit.
Druk op de toets
In STAND-BY is het apparaat uitgeschakeld maar nog wel verbonden met het
lichtnet.
Bij de eerste keer inschakelen staat het apparaat in de DAB-modus. Het
apparaat zoekt automatisch naar zenders. Tijdens de zoekactie toont de
display-informatie de voortgang en het aantal gevonden digitale
radiostations.
Na afloop van de zenderzoekactie wordt het eerste station in alfabetische
volgorde weergegeven.
Als er geen zenders zijn gevonden, kon er geen signaal worden ontvangen.
Wijzig de locatie van het apparaat en zoek opnieuw naar zenders.
Controleer evt. de signaalsterkte, zie pag. 26.
7.2
Bron kiezen
Druk enkele keren op de toets MODE (11) op het apparaat resp. (29, 30, 39,
40) op de afstandsbediening om de gewenste bron te kiezen.
DAB-radio: digitale radio
FM-radio: FM-radio
CD: CD afspelen
USB: USB-bron afspelen
AUX: externe bron
Druk enkele malen op TUNER/DAB (30) om om te schakelen tussen DAB en
FM.
7.3
Volume instellen
Draai aan VOLUME (9) om het gewenste volume in te stellen.
- Met de klok mee: harder,
- tegen de klok in: zachter.
Druk op -VOL+ (26, 43).
20
(12) of (16); het apparaat wordt nu ingeschakeld.