Suunto EON Core
OPMERKING: Wij raden altijd aan om zo dicht mogelijk bij het decompressieplafond te
blijven tijdens het opstijgen.
De opstijgtijd is altijd de minimale tijd die nodig is om het oppervlak te bereiken. Dit omvat:
Tijd vereist voor dieptestops
•
Opstijgtijd van diepte op 10 m (33 ft) per minuut
•
Tijd nodig voor decompressie
•
WAARSCHUWING: DE WERKELIJKE OPSTIJGTIJD KAN LANGER ZIJN DAN DE TIJD DIE
DOOR DE DUIKCOMPUTER WORDT WEERGEGEVEN! De opstijgtijd neemt toe als u: (1) langer
op diepte blijft, (2) langzamer dan 10 m/min (33 ft/min) stijgt, (3) een decompressiestop maakt
onder het plafond, (4) en/of vergeet het gebruikte gasmengsel te wisselen. Deze factoren zijn
ook van invloed op de hoeveelheid lucht die u nodig hebt om de oppervlakte te bereiken.
3.8.1. Laatste stopdiepte
U kunt de laatste stopdiepte voor decompressieduiken instellen onder Dive settings
(Duikinstellingen) / Parameters (Parameters) / Last stop depth (Laatste stopdiepte). Er zijn drie
opties: 3, 4,5 en 6 m (10, 15 en 20 ft).
De laatste stopdiepte is standaard ingesteld op 3 m (10 ft). Dit is de aanbevolen laatste
stopdiepte.
OPMERKING: Deze instelling heeft geen invloed op de plafonddiepte tijdens een
decompressieduik. De laatste plafonddiepte is altijd 3 m (10 ft).
3.9. Displayhelderheid
De helderheid van de display kan aangepast worden onder Algemeen »
Apparaatinstellingen » Helderheid. De standaardwaarde is 50%. Het aanpassen van deze
waarde heeft een directe invloed op de gebruiksduur van de batterij.
TIP: U kunt de gebruiksduur van de batterij aanzienlijk verlengen door de helderheid van
de display aan te passen.
3.10. Duikgeschiedenis
Duikgeschiedenis is een samenvatting van alle duiken die u met uw Suunto EON Core hebt
gemaakt. De geschiedenis is verdeeld volgens de duikmodus die wordt gebruikt voor de
duik. De samenvatting van elke soort duik bevat het aantal duiken, de cumulatieve duikuren
en de maximale diepte.
20