Gebruik
Het bedieningspaneel is voorzien van de
volgende meetinstrumenten (afhankelijk
van het type paneel, zie blz. 10 en 11).
W
aarscHuWing
Draai de sleutel, tijdens draaien van de
motor, nooit naar de '
start
De startmotor kan hierdoor worden
beschadigd.
Wanneer de motor op bedrijfstemperatuur
is, moeten de uitlaatgassen kleurloos of
lichtblauw zijn. (In de winter zullen, ten
gevolge van de lage temperaturen, deze
uitlaatgassen wit kleuren).
Indien er zwarte rook uit de uitlaat komt,
duidt dit op onvolledige verbranding.
Indien er witte rook uit de uitlaat komt,
duidt dit op verbranding van olie (carter-
damp).
0
' positie.
VD00577
Toerenteller
Deze geeft het aantal omwentelingen per
minuut van de motor aan.
Vermijd om de motor langer dan 10 minu-
ten stationair te laten draaien.
Tevens wordt het aantal bedrijfsuren aan-
gegeven.
Stationair toerental,
VH4.65
VH4.80
: 850 omw/min
: 850 omw/min
VD00578
Voltmeter
Deze geeft de accuspanning aan.
Bij draaiende motor dient de accuspan-
ning 1 tot 14 Volt te bedragen.
Bij stilstaande motor, met het startslot
in de eerste stand, zal de voltmeter ca.
1 Volt aanwijzen.
Varen