Namen en functies van onderdelen
B
Zijgeleider
C
Papierlade
D
Uitvoerlade
E
Zijgeleider
F
Papiercassette
A
Documentkap
B
Scannerglasplaat
C
Bedieningspaneel
D
USB-poort voor externe interface
E
Inkttankklep
F
Inkttank
G
Inkttankdop
>
Voorzijde
Hiermee wordt het papier recht in de printer ingevoerd. Schuif deze
naar de randen van het papier.
Hiermee worden alle papiersoorten geladen die door de printer
worden ondersteund.
Opvanglade voor het papier dat uit de printer komt. Wanneer u gaat
afdrukken, komt deze lade automatisch naar buiten en past zich aan
het papierformaat aan. Als u de lade wilt opbergen, drukt u erop of
selecteert u
op het bedieningspaneel.
Hiermee wordt het papier recht in de printer ingevoerd. Schuif deze
naar de randen van het papier.
Hieruit wordt papier geladen.
Houdt extern licht tegen tijdens het scannen.
Plaats de originelen. U kunt originelen plaatsen die niet met de ADF
worden ingevoerd, zoals enveloppen of dikke boeken.
Hiermee kunt u instellingen configureren en bewerkingen uitvoeren
op de printer. Hier wordt tevens de printerstatus weergegeven.
Voor aansluiting van geheugenapparaten.
Open om de inkttank bij te vullen.
Brengt inkt naar de printkop.
Open om de inkttank bij te vullen.
20