2. Werking en kenmerken
2.1 Aanwezigheidsregistratie
Zeer gevoelige PIR-sensoren en een uitgekiend lenzensysteem zorgen er-
voor dat de gehele ruimte wordt gedetecteerd.
2.2 Geïntegreerde daglichtmeting
Deze bepaalt de exacte hoeveelheid daglicht onafhankelijk van het gescha-
keld kunstlicht. De meting vindt plaats in de kijkrichting van het apparaat. Het
reageert vertraagd op schommelingen in de lichtsterkte om onnodig in- en
uitschakelen te voorkomen.
2.3 Schakelcontact «Licht»
Het schakelcontact sluit bij te weinig lichtsterkte (helderheid) en aanwezig-
heid en opent bij lichtsterkte of afwezigheid. De nalooptijd en de gewenste
schakelwaarde zijn instelbaar.
De ECO-IR is ontwikkeld voor het gebruik van fluorescentielampen
(TL/PL) en normaal in de handel verkrijgbare voorschakelappara-
ten. Gloei- of halogeenlampen kunnen leiden tot storingen in de
werking van de melder.
Let bij indirecte verlichting op dat het grootste lichtvermogen van deze lam-
pen niet direct op de melder is gericht. Door het direct richten van het licht
wordt de daglichtmeting beïnvloed.
104