18
nl | Accessoires
5.7.1
FAA-420-RI Nevenindicator
Installatievoorschriften
AANWIJZING!
De FAA-420-RI moet dusdanig worden geïnstalleerd dat de brede zijde van de rode
alarmindicatie (A) binnen het zichtveld van de waarnemer blijft.
Afbeelding 5.1 Montage van de FAA-420-RI
1.
2.
3.
4.
Bekabeling
De FAA-420-RI wordt aangesloten op twee schroefklemmen.
Klem
-
+
LET OP!
Als het stroomverbruik van de aangesloten melder boven 20 mA komt, kan dit leiden tot
storing van of schade aan de FAA-420-RI Nevenindicator. Om schade aan de FAA-420-RI te
voorkomen, dient u het maximale stroomverbruik van de melder te beperken tot 20 mA.
F.01U.002.707 | 8.0 | 2011.10
FAA-420-RI
A
79
Verwijder vóór de installatie de kap van de bodemplaat. Druk hiertoe met een plat
voorwerp (bijv. een schroevendraaier) op het bevestigingshaakje een schroevendraaier)
en til de kap voorzichtig op.
Monteer de FAA-420-RI aan een droog en vlak plafond of muur.
In geval van opbouwbekabeling dient u de voorbereide kabelingangen (zie Afbeelding 5.1,
onderdeel Z) uit de behuizing te breken.
Bij inbouwbekabeling voert u de kabel door de opening onder de aansluitprintplaat (zie
Afbeelding 5.1, onderdeel Y).
Plaats de kap terug en klik deze op zijn plaats zodra de installatie en de aansluiting zijn
voltooid.
Connector
GLT - / LSN -
GLT + / LSN +
Bedieningshandleiding
Conventionele automatische melders
51
1.
_
+
Y
2.
Z
A
Bosch Sicherheitssysteme GmbH
X
_
+