Drukontlastingsprocedure
WAARSCHUWING
Om het risico van ernstig letsel, zoals spatten van
vloeistof in de ogen of op de huid te verminderen,
moet u deze procedure volgen telkens wanneer wordt
gevraagd om de druk te ontlasten, wanneer u de
pomp uitzet, en voordat u enig onderdeel van het
systeem nakijkt, bijstelt, reinigt, verplaatst of herstelt.
1. Draai de luchttoevoer en de reserveluchttoevoer naar
de pomp dicht.
2. Open het doseerventiel, als er een op het systeem zit.
3. Open de aftapkraan om alle druk in het systeem
te ontlasten, en houd een opvangbak klaar om
de uitstromende materiaal in op te vangen.
De pomp spoelen vóór het eerste gebruik
De pomp is getest met water. Als het water het materiaal
dat u gaat verpompen kan vervuilen, spoel dan de pomp
grondig met een geschikt oplosmiddel. Volg de
procedure onder De pomp starten en instellen.
De pomp starten en instellen
WAARSCHUWING
Beperk het risico van ernstig letsel, spatten in
de ogen of op de huid en het morsen van giftige
materialen door een pomp die onder druk staat
nooit te verplaatsen of op te tillen. Als u de pomp
laat vallen, kan het materiaalgedeelte scheuren.
Volg altijd de Drukontlastingsprocedure hierboven
voordat u de pomp verplaatst of optilt.
1. Zorg ervoor dat de pomp goed geaard is. Lees de
instructies in Aarding op pagina 4 en volg deze.
2. Controleer alle aansluitingen om zeker te zijn dat
ze goed vastzitten. Gebruik een geschikte vloeibare
pakking voor alle mannelijke draadeinden. Draai
de fittingen en pluggen voor de materiaalinlaat
en -uitlaat stevig aan. Haal alle bevestigingen
aan voordat u het apparaat start. Zie Volgorde bij
aanhalen op pagina 19.
8
3A3521ZAS
Werking
3. Plaats de aanzuigbuis (waar gebruikt) in het te
pompen materiaal.
4. Doe het uiteinde van de afvoerslang in een geschikte
opvangbak.
5. Sluit de aftapkraan voor het materiaal.
6. Open alle zelfontlastende luchtkranen, waarbij
het reduceerventiel gesloten moet zijn.
7. Als de uitlaatslang een doseervoorziening heeft,
houd die dan open en ga verder met stap 8.
8. Open geleidelijk de luchtregelaar totdat de pomp
begint te lopen. Laat de pomp lopen totdat alle lucht
uit de leidingen is geperst en de pomp is gevuld.
OPMERKING: Wanneer u een afstandsbediende
solenoïdegedreven luchtklep wilt vullen, moet
de pomp met een snelheid van minimaal 60 c/min
draaien, totdat de pomp volledig is gevuld.
De pomp uitschakelen
Aan het einde van de werkdag en voordat u het systeem
wilt controleren, afstellen, reinigen of repareren, moet u
de lucht- en materiaaldruk ontlasten.
Beperk de kans op ernstig letsel bij het ontlasten van
de druk door altijd de Drukontlastingsprocedure
links te volgen.
WAARSCHUWING