Bougie
De bougie van de motor zit verborgen onder de
bougiedoppen. Bij servicewerkzaamheden is het
belangrijk dat de motor niet per ongeluk gestart kan
worden. Verwijder daarom de bougiedoppen van de
bougie. Om niet aan de kabel te trekken zijn de
bougiedoppen voorzien van een handgreep, zie
afbeelding.
Type bougie, zie "Technische gegevens".
Serviceinstructies, zie
"Onderhoud\Ontstekingssysteem".
Geluiddemper
De geluiddemper van de motor is voorzien van een
hitteschild. Ondanks dit wordt hij warm wanneer de
motor loopt. Vermijd het de geluiddemper aan te
raken als die warm is. Risico van brandwonden.
Oliepeilstok
De oliepeilstok van het carter zit aan de voorkant
van de motor. Motorolie wordt bijgevuld in het gat
van de oliepeilstok.
Bij controle van het oliepeil moet de peilstok niet
ingeschroefd zijn. De machine moet vlak staan met
een uitgezette motor. Laat de motor nooit lopen als
de peilstok weggenomen is, zie ook hoofdstuk
"Smeren\Controle van het oliepeil van de motor".
Motorolie SAE 10W-30 service SF-SG wordt
aanbevolen voor normaal gebruik, zie ook
hoofdstuk "Smeren\Motorolie".
Olie aftappen
De aftapstop van het carter zit aan de voorkant van
de motor, zie hoofdstuk "Smeren\Motorolie".
BELANGRIJKE INFORMATIE
Gebruikte motorolie is schadelijk voor de
gezondheid en mag volgens de wet niet op de
grond of in de natuur weggegoten worden
maar moet ingeleverd worden bij de
werkplaats of de aangewezen plaats voor
verwerking. Voorkom contact met de huid,
wassen met water en zeep bij evt. knoeien.
Motorschakelaar
U stopt de motor met de motorschakelaar. Op de
afbeelding staat de knop in stand OFF
(kortgesloten ontsteking). Om de motor te starten
moet de knop in stand ON gezet worden.
PRESENTATIE
8011-027
8011-020
8011-021
8011-026
Nederlands – 15