er geen ADJ-ventilator wordt geïnstalleerd, dan is een directe registratie met Bouwbeheer ook mogelijk.
5.4. Luchtstroom in het rookkanaal
Aan de achterkant van de kachel is er voorzien in een testpunt voor luchtstroom. Verwijder de stelschroef
en sluit een luchtstroommeter op de ringbuis aan. Een luchtstroom in het rookkanaal van 2,2 mm tot
maximaal 3,5 mm watermeter (22 tot 35 Pascal) is doorgaans nodig voor voldoende prestaties van het
apparaat. Dit heeft betrekking op 12-25 Pascal bij de aftap op EN13240/13229-proefinstallaties. De
luchtstroom in het rookkanaal moet bij brand met een hoge uitvoer worden gecontroleerd en als het hoger
is dan het aanbevolen maximum, moet er een luchtstroomstabilisator worden aangebracht, zodat de mate
van verbranding kan worden beheerst om overgloeien te voorkomen. DICHT HET TESTPUNT NA GEBRUIK
OPNIEUW AF MET DE STELSCHROEF.
5.5. Aansluiting op de schoorsteen
Dit apparaat is niet geschikt voor gebruik in een gedeelde schoorsteen.
Hoewel een rookkanaal of voering/binnenplaat met een diameter van 150 mm wordt aanbevolen, waar
dat mogelijk is, is het gebruik van een geschikte flexibele rookkanaalvoering van 5" toegestaan voor deze
kachels, mits er alléén rookloze brandstoffen of gedroogde houtblokken worden gestookt en er een
luchtbegrenzer is aangebracht in volledige overeenstemming met de instructies voor het stoken van hout.
Een bestaande openhaardopening kan worden dichtgemetseld of afgedicht met een registerplaat. Een
verkort, onbuigzaam rookkanaal van geschikte kwaliteit met een minimale interne diameter van 125 mm
mag dan worden gebruikt om de kachel op de schoorsteen aan te sluiten. Er kan een horizontaal
rookkanaal van maximaal 150 mm worden gebruikt. Dit rookkanaal moet zich conformeren aan de
bouwvoorschriften. Als de aansluitingspijp in een andere hoek dan verticaal op het verticale rookkanaal
wordt aangesloten, moet u zorgen dat het uiteinde van de pijp zich niet dichter (langs de richting van de
pijp) dan 76 mm van de zij- of achterwanden van de schoorsteen bevindt. In het ideale geval moet de oude
open haard worden gevuld, voor een gladde, gestroomlijnde toegang tot het rookkanaal. Het is essentieel
dat alle aansluitingen tussen de kachel en de schoorsteen/het rookkanaal worden afgedicht en luchtdicht
worden gemaakt met afdichtingstouw, klemringen en/of brandcement of hittebestendig cement als dat
nodig is.
Zowel de schoorsteen als het rookkanaal moeten toegankelijk zijn voor reiniging en als ENIGE onderdelen
van de schoorsteen niet door de kachel (met het schot verwijderd) kunnen worden bereikt, moet er een
roetdeur in een geschikte positie worden gemonteerd om dit mogelijk te maken.
5.6. Afmetingen van vrije ruimte tot materiaal
5.6.1.
Veiligheidsafstanden vanaf brandbare oppervlakken:
Model
Zijkant
(volledige
wand)
Tweewandig
rookkanaal
Woodtec 5kW
400 mm
(vanaf
bovenplaat)
Woodtec 5kW
550 mm
Breed
(vanaf
bovenplaat)
Woodtec 5kW
400 mm (vanaf
WD
bovenplaat)
Woodtec
500 mm
5kW Extra
(vanaf
breed
bovenplaat)
Zijkant
*Achterkant
(volledige
Enkelwandig
wand)
rookkanaal
Enkelwandig
(geen schild)
rookkanaal
450mm
300 mm
(vanaf
(vanaf
bovenplaat)
bovenplaat)
550 mm
300 mm
(vanaf
(vanaf
bovenplaat)
bovenplaat)
450 mm (vanaf
300 mm (vanaf
bovenplaat)
bovenplaat)
500 mm
250 mm
(vanaf
(vanaf
bovenplaat)
bovenplaat)
8
*Achterkant
*Achterkant
Enkelwandig
Tweewandig
rookkanaal
rookkanaal
(met schild)
(geen schild)
100 mm
150 mm
(vanaf
(vanaf
hitteschild)
bovenplaat)
125 mm
175 mm
(vanaf
(vanaf
hitteschild)
bovenplaat)
200 mm (vanaf
150 mm (vanaf
hitteschild)
bovenplaat)
150 mm
200 mm
(vanaf
(vanaf
hitteschild)
bovenplaat)
Woodtec Vrijstaand
*Achterkant
Tweewandig
rookkanaal
(met schild)
75 mm
(vanaf
hitteschild)
75 mm
(vanaf
hitteschild)
100 mm (vanaf
hitteschild)
100 mm
(vanaf
hitteschild)
Uitgave 03 07/20