Capaciteit stofreservoir:
∅ 6 / 28 mm boordiepte
∅ 8 / 30 mm boordiepte
∅ 12 / 50 mm boordiepte
Regenereringscycli
stofreservoir:
Afzuigkop:
Zuigventilator, stofreservoir met vouwfilter, diepte-aan-
slag, lengte-aanslag, insteekkoppeling
3.1.4 In gebruik nemen
Stofmodule monteren
Aandrijf-/koppelprincipe
De in de stofmodule geïntegreerde zuigventilator wordt
door de apparaatmotor aangedreven via een insteek-
koppeling. De vertanding van de rotoras (1) grijpt in de
getande insteekhuls (2) van de as van de stofmodule.
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Schuif de stofmodule langs de geleiding (3) op het
apparaat tot hij vastklikt.
Stofmodule verwijderen
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Druk op de ontgrendeling (4) en houd deze ingedrukt.
3. Trek de stofmodule omlaag van het apparaat af.
3.1.5 Bediening
Diepte-instelling (minimale diepte)
Normaal is de slag afgestemd op TE-C boren l
mm, overeenkomend met een boorwerklengte van 100
mm. Voor kortere boren moet de slag aangepast wor-
den.
1. Open (A) de afsluitring (5).
2. Druk het apparaat met de boor erin tegen de wand tot
de boor de wand raakt (C).
3. Sluit (B) de afsluitring (5).
Diepte-instelling (maximale diepte)
1. Open (D) de aanslag (6).
2. Verschuif de aanslag tot de gewenste boordiepte (F).
3. Sluit (E) de aanslag (6).
Als b.v. voor het boren van dubbele gaten exacte boor-
dieptes nodig zijn, moet u de boordieptes met proefbo-
ringen bepalen.
Afzuigkop vervangen
1. Trek de rib (G) aan de achterkant van de afzuigkop (7)
terug.
2. Trek de oude afzuigkop omhoog uit de geleiding (H).
3. Druk de nieuwe afzuigkop in de geleiding tot hij vast-
klikt.
Stofreservoir legen
1. Houd het apparaat horizontaal en laat het even lopen.
Daardoor worden de stofresten die zich in de stof-
module hebben afgezet in het stofreservoir gezogen.
2. Druk op de knop en houd deze ingedrukt (K).
3. Trek het stofreservoir (8) omlaag uit de stofmodule
(L).
4. Leeg het stofreservoir door het een beetje uit te klop-
pen.
130 boringen
75 boringen
20 boringen
max. 100 cycli
∅ 4–16 mm
= 150
t
5. Schuif het lege stofreservoir van onderen in de stof-
module tot het vastklikt. Als u een nieuw stofreservoir
aanbrengt, moet u eerst de beschermingsdeksel ver-
wijderen.
3.1.6 Schoonhouden en onderhoud
Reinig de stofafzuigeenheid alleen met druklucht en een
poetsdoek. Gebruik geen water, olie, vet of reinigings-
middel.
43