Bedieningshandleiding
Veiligheidsschakelaar met hefboom en nok
3. Montage
3.1 Algemene montage-instructies
De montageafmetingen zijn aan de achterkant van de behuizing
vermeld. De bevestigingsschroeven van de component moeten
tegen onbevoegd losdraaien beveiligd worden. De schakelaar moet
zodanig geïnstalleerd worden, dat het draaipunt van de hefboom zo
dicht mogelijk bij het draaipunt van de beschermvoorziening ligt. De
inwerking van axiale krachten op de hefboom moet vermeden worden.
De hefboom moet zodanig met de beschermvoorziening verbonden
worden, dat de bedienpin van de hefboom niet buiten het aangrijppunt
gebracht kan worden (bijv. felskop e.d.). Om een correcte werking te
verkrijgen, moet de schakelaar zodanig geïnstalleerd worden, dat de
benodigde schakelweg voor het schakelen zeker behaald wordt. Voor
veiligheidsfuncties moet minstens de gedwongen verbrekingsweg,
die in het schakelwegdiagram vermeld wordt, behaald worden.
Alle componenten bezitten een voldoende naloop om eventuele
onnauwkeurigheden in de geleiding van het bedieningssysteem te
compenseren. Het bedienen van de schakelaar nadat zijn aanslag is
bereikt, dient te worden vermeden.
De bedienkop kan 4 x 90° verplaatst worden. Schroef de vier schroeven
van de bedienkop los, plaats de bedienkop in de gewenste positie en
schroef de vier schroeven terug vast.
Neem ook de opmerkingen van de normen
ISO 12100, ISO 14119 en ISO 14120 in acht.
3.2 Afmetingen
Alle maten in mm.
T.C 235 / T.C 236
20
22
M20
30
20
13,5
30
Linkse uitvoering
4,3
70
Rechtse uitvoering
70
43
8
Uitvoering voor draaideuren
16
5,1
4,3
NL
T.C 235
T.C 236
10
43
2
8
10
4,3
2
10
2
3