GEBRUIKSAANWIJZING LUCHTSTROOMMETER PCE-VA 20
5 Meten
5.1 Display weergave wijzigen
Wanneer het apparaat is ingeschakeld, worden de luchttemperatuur en de stroomsnelheid
weergegeven. Om andere parameters te bekijken, drukt u op de omhoog of omlaag toets. Druk op de
aan-knop om in de bovenste display tussen de parameters stroomsnelheid en relatieve vochtigheid
te wisselen.
Druk op de aan-knop om in de onderste display tussen de parameters luchttemperatuur,
luchtstroom, CWB temperatuur en dauwpunttemperatuur te wisselen
5.2 Luchtstroom
Om de luchtstroom te meten moet u eerst de stromingsdwarsdoorsnede invoeren. Om dit te doen,
kijkt u in hoofdstuk 7.1.2.
Zodra deze instellingen zijn voltooid, drukt u op de omlaag-knop en de luchtstroom wordt
weergegeven op het LCD display.
Er bestaat ook de mogelijkheid om de luchtstroom met een optionele stroomkap te meten (vierkant
of rond). Om dit te doen, plaatst u de desbetreffende kap op het apparaat. De PCE-VA 20 detecteert
de stroomkap automatisch en geeft deze weer met een speciaal pictogram. Het apparaat berekent
vervolgens de volumestroom.
Opmerking: Zorg ervoor dat de volumestroom kap correct op het apparaat gemonteerd is.
5.3 Luchtvochtigheidmetingen
De capacitieve vochtigheidssensor is aangebracht in het midden van de rotor om de relatieve
vochtigheid te berekenen. Druk op de aan-knop, zodat het display de relatieve vochtigheid
weergeeft. De gemeten data wordt weergegeven op het onderste display. Bovendien heeft de meter
heeft een offsetwaarde (offset) voor het vaststellen van de vochtigheid. Kijkt u, om dit te doen in
paragraaf 7.1.3.
7