Gebruikershandleiding PA olieafscheiders en slibvangputten HDPE
6
Onderhoud en lediging
Conform de Europese norm NEN-EN 858 dient, voor zover door overheidsinstellingen niet anders is bepaald,
de installatie ten minste eenmaal in de zes maanden te worden geïnspecteerd door bevoegd personeel en
moet in ieder geval de onderstaande elementen bevatten. Deze inspectie dient in een schriftelijke rapportage
te worden vastgelegd. Indien de bedrijfsomstandigheden daartoe nopen kan het noodzakelijk zijn vaker de
afscheider te inspecteren cq. te ledigen en te reinigen.
a.
Het ledigen en controleren van de totale installatie dient door een bij de overheid erkend en
vergunninghoudend bedrijf te geschieden. De afgezogen vloeistoffen en slib vallen onder de wet
chemische afvalstoffen (W.C.A.) en dienen overeenkomstig hiermee te worden afgevoerd en
verwerkt. Hierbij moet rekening worden gehouden met de ruimte die dit bedrijf nodig heeft om met de
benodigde apparatuur bij de installatie te komen. Om de tussenschotten niet te zeer te belasten dient
het slibvanggedeelte en het afscheidergedeelte trapsgewijs geledigd te worden. Dit wil zeggen eerst
slibvanggedeelte ca. 20 cm leegzuigen en dan het afscheidergedeelte ca. 40 cm. Dit doorvoeren
totdat beide compartimenten geheel geledigd zijn (deze procedure ook bij het vullen toepassen!).
b.
De slibvangput dient te worden geledigd indien de maximale sliblaagdikte voor 50 % is gevuld met slib
en de olieafscheider indien 80% van de maximale opslagcapaciteit is bereikt.
c.
Het toepassen van harde mechanische reinigingsmiddelen is niet toegestaan! Om bij het ledigen
beschadigingen van de inwendige beschermlaag te voorkomen dient men geen harde of scherpe
materialen te gebruiken. De zuigslang moet voorzien zijn van een zachte rand.
d.
De installatie dient direct gereinigd en gecontroleerd te worden bij lozingscalamiteiten met grote
concentraties slib en/of olie.
e.
Het is aan te bevelen bij iedere lediging van de installatie, indien het een afscheider met coalescentie
betreft, het coalescentiefilter te reinigen. Tevens moet het filter gereinigd worden wanneer, tijdens
watertoevoer, het verschil in waterstand voor én na het filter meer dan 50 mm bedraagt.
f.
Controleer de werking van de automatische afsluiter.
g.
De monstername/controleput moet geïnspecteerd en schoongemaakt worden.
h.
Controleer de werking van de alarmunit.
i.
Nadat de slibvangput en de olieafscheider zijn leeggezogen en een verdere schoonmaak noodzakelijk
is, dient dit met behulp van schoon water te geschieden en indien nodig met een zachte borstel.
j.
Na reiniging moeten de slibvangput en olieafscheider gevuld worden met schoon water. Indien het
een integrale olieafscheider betreft dient het slibvangcompartiment en het olieafscheidings-
compartiment gelijkmatig en trapsgewijs te worden afgevuld met schoon water. De automatisch
werkende vlotterafsluiter dient omhoog te worden getrokken, waarna de vlotter zichtbaar drijvend in
de kooi herplaatst wordt. De installatie is dan bedrijfsklaar.
k.
Het is niet toegestaan om de in de afscheiderinstallatie aanwezige onderdelen te verwijderen.
l.
Roken en open vuur binnen een straal van 15 meter is verboden! Men dient er rekening mee te
houden dat er zich een explosieve gaslucht in de installatie kan bevinden.
Eenmaal in de maximaal 5 jaar moet de gehele afscheider installatie worden onderworpen aan een algemene
inspectie die in ieder geval de volgende controles bevat:
Waterdichtheid van het systeem
Bouwtechnische staat
Interne coatingen (indien aanwezig)
Staat van interne onderdelen
Staat van elektrische apparaten en installaties
De automatische afsluiter, zoals het vlotter lichaam
wijzigingen voorbehouden – alle rechten voorbehouden
ESEP Milieutechniek B.V. | NL: postbus 10069
| BE:
6000 GB Weert
postbus 7
3945 Ham
T: +31 495 543 430
F: +31 495 532 135
T: +32 11 241 649
F: +32 11 2426 30
9 van 14
info@esep.nl
www.esep.nl