3
Werking van het deelstroomfilter en het deelstroomfilterunit
Het deelstroomfilterunit is een samenstel van een los deelstroomfilter welke is opgebouwd uit een pomp, een
besturingspaneel en leidingwerk op een RVS frame. De werking van het deelstroomfilterunit is daardoor in twee
gedeelten te verdelen. Namelijk de werking van het deelstroomfilter zelf en de aansturing van de pomp voor het
rondpompen van water door het deelstroomfilter heen.
3.1
Het deelstroomfilter
In het deelstroomfilter bevindt er zich een filterzak en een magneet. Het water van het verwarmingssysteem wordt door
het deelstroomfilter heen gepompt van boven naar beneden. De ijzerdeeltjes uit het water zullen worden vast gehouden
door de magneet. De rest van het vuil wordt opgevangen in de filterzak. Naar verloop van tijd zal de filterzak vervuild
raken en uiteindelijk voor tegendruk gaan zorgen. Dit kan worden opgemerkt doordat er drukverschil ontstaat tussen de
ingang en uitgang op het filter. Op de in- en uitgaande aansluitingen van het filter bevindt er zich namelijk een
manometer waarop het drukverschil kan worden afgelezen. Als het drukverschil te groot is dan is de filterzak te vervuild
en moet deze worden vervangen.
3.2
De eenvoudige pompbesturing
Het schakelpaneel op het deelstroomfilterunit heeft aan de voorkant een schakelaar voor het in- en uitschakelen van de
pomp. Indien de tuimelschakelaar in de aan-stand staat en de stroomvoeding voor het filterunit in orde is dan gaat de
pomp draaien. De pomp stopt als de tuimelschakelaar in de uit-stand wordt gezet, indien de stroomvoeding wegvalt of
indien de pomp een thermisch probleem heeft.
3.3
De frequentiegeregelde pompbesturing
Op het deelstroomfilterunit bevindt er zich een pomp die het water door het deelstroomfilter verpompt. De pomp wordt
aangestuurd door een regeling die zich in het schakelpaneel bevindt op het frame van het deelstroomfilterunit. De
regeling gebruikt een druksensor om te meten wat het drukverschil is tussen de ingang en uitgang van het
deelstroomfilter. Het gemeten drukverschil wordt getoond in het rood op het schermpje van de cTRON 16 regelmodule
(Figuur 7 nr. 2). Aan de hand van het gemeten drukverschil stuurt de regelmodule een frequentie regelaar aan middels
een analoog 4...20mA signaal. De frequentieregelaar bepaalt op zijn beurt hoe snel de pomp moet gaan draaien.
Wanneer er weinig vervuiling is zal ook het drukverschil laag zijn. De regelmodule stuurt dan een hoog analoog signaal
uit naar de frequentieregelaar waardoor de pomp op de hoogst ingestelde snelheid gaat draaien. Dat is doorgaans 50
Hz. Wanneer er zich meer vervuiling voordoet in het deelstroomfilter zal ook het drukverschil oplopen. Als het druk
verschil te groot is dan zal de regelmodule een lager analoog signaal naar de frequentieregelaar sturen waardoor de
pomp ook langzamer gaat draaien. Doorgaans zal de pomp af toeren van 50 Hz naar 35 Hz tussen een drukverschil van
160 mbar en 170 mbar. De pomp zal niet helemaal af toeren maar blijft op een minimale snelheid draaien. Vanaf een
drukverschil van 170 mbar en meer zal de pomp op 35 Hz blijven draaien. Wanneer het drukverschil uiteindelijk te groot
is dan betekent het dat de filterzak te veel is vervuild. Dit zal doorgaans bij een druk van 190 mbar zijn waarna de pomp
wordt gestopt en er een melding wordt gegeven op het schakelpaneel. Het lampje achter de reset knop zal dan gaan
branden (Figuur 7 nr. 6).
De vermelde drukwaardes in deze omschrijving zijn gebaseerd op fabrieksinstelling en kunnen in de praktijk afwijken. De
standaard fabrieksinstellingen zijn als volgt:
Drukverschil
Analoog signaal
0 mbar
20 mA
160 mbar
7,2 mA
170 mbar
6,4 mA
190 mbar
4,8 mA
200 mbar
4 mA
Frequentie pomp
Omschrijving
50 Hz
Schoon filter, geen druk verschil, pomp draait op
hoogste snelheid
50 Hz
Filter vervuild, er is druk verschil, pomp begint met af
toeren.
35 Hz
Filter vervuild, er is aanzienlijk drukverschil, pomp op
laagste snelheid.
35 Hz
Filter te vervuild, te veel drukverschil, pomp wordt
gestopt.
-
Maximaal meetbaar drukverschil.