3.2.4
Warmwaterbereiding
Een temperatuursensor meet de temperatuur van het wa-
ter in de warmwaterboiler en geeft de waarden aan de ther-
mostaat door. Bij lage warmwatertemperatur verhoogt de
thermostaat de temperatuur in het warmwatercircuit en ver-
warmt hiermee het water in de warmwaterboiler tot op de
ingestelde warmwatertemperatuur op.
3.2.5
Circulatie
Als in de CV-installatie een circulatiepomp geïnstalleerd is,
dan staat aan de tappunten sneller warm water ter beschik-
king. De circulatiepomp pompt warm water in het circuit door
de circulatieleidingen naar de tappunten.
3.3
Zones
Een gebouw wordt in meerdere zones ingedeeld als de
warmtebehoefte in delen van het gebouw verschillend is.
–
Als in een huis een vloerverwarming en een platte radia-
tor aanwezig is.
–
Als in een huis meerdere zelfstandige wooneenheden
voorhanden zijn.
Als meerdere zones aanwezig zijn, dan regelt de thermo-
staat de aanwezige zones.
3.4
Hybridemanager
Als u een warmtepomp aangesloten hebt, dan probeert de
hybridemanager om de aangemelde energiebehoefte met
het oog op de kostenoptimalisatie en de technische omstan-
digheden te dekken.
Aanwijzing
Opdat de warmtepomp en de CV-ketel doeltref-
fend en afgesteld kunnen werken, moet u de tarie-
ven (→ Pagina 14) correct instellen. Bij een foute
instelling van de tarieven kunnen verhoogde kos-
ten ontstaan.
Als het systeem een energiebehoefte aanmeldt, dan scha-
kelt de hybridemanager in en geeft deze de energiebehoefte
aan de warmteopwekker door. Welke warmteopwekker de
hybridemanager aanspreekt, beslist de hybridemanager op
basis van de ingestelde tarieven in verhouding tot de ener-
giebehoefte.
3.5
Vorstbeschermingsfunctie
De vorstbeschermingsfunctie beschermt de CV-installatie en
de woning tegen schade door bevriezing. De vorstbescher-
mingsfunctie bewaakt de buitentemperatuur.
Als de buitentemperatuur
–
onder 4 °C daalt, dan schakelt de thermostaat na een
vorstbeschermingsvertragingstijd de warmteopwekker in
en regelt de gewenste kamertemperatuur op minimaal 5
°C.
–
boven 5 °C stijgt, dan schakelt de thermostaat de warm-
teopwekker niet in, maar bewaakt hij de buitentempera-
tuur.
Aanwijzing
De installateur kan de vorstbeveiligingsvertra-
gingstijd instellen.
0020198206_01 multiMATIC Gebruiksaanwijzing
3.6
Storing vermijden
▶
Zorg ervoor dat de kamerlucht vrij rond de thermostaat
kan circuleren en dat de thermostaat niet door meubelen,
gordijnen of andere voorwerpen afgedekt wordt.
▶
Zorg ervoor dat alle radiatorkranen in het vertrek waarin
de thermostaat gemonteerd is, helemaal opengedraaid
zijn.
3.7
Typeplaatje
Het typeplaatje bevindt zich binnenin het product en is van
buiten niet toegankelijk.
3.8
Serienummer
Het serienummer kunt u op het display onder Menu → In-
formatie → Serienummer oproepen. Het 10-cijferige artikel-
nummer staat op de tweede regel.
3.9
CE-markering
Met de CE-markering wordt aangegeven dat de producten
volgens het typeplaatje voldoen aan de fundamentele vereis-
ten van de geldende richtlijnen.
De conformiteitsverklaring kan bij de fabrikant geraadpleegd
worden.
4
Bedrijf
4.1
Bedieningsstructuur
4.1.1
Bedienings- en weergaveniveaus
Het product heeft twee bedienings- en weergaveniveaus.
Op het installateurniveau vindt u informatie en instelmogelijk-
heden die u als gebruiker nodig hebt.
Het installateurniveau is voor de vakman bedoeld. Dit niveau
is met een code beveiligd. Alleen vaklui mogen instellingen
in het installateurniveau wijzigen.
Bedieningsniveaus (→ Pagina 20)
4.1.2
Opbouw van de menustructuur
De menustructuur bestaat uit meerdere keuzeniveaus en
een instelniveau.
Van de basisweergave gaat u via de keuzetoets Menu altijd
naar het keuzeniveau 1.
Via de keuzetoets Modus gaat u direct naar het instelniveau
Modus.
Het onderste niveau is altijd het instelniveau.
Bedrijf 4
5