Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

-
Sluit de accuoplader alleen aan op stopcontacten met de
netspanning die vermeld staat op de typeplaat.
-
Gebruik uitsluitend een originele accu.
-
Bij langdurig gebruik zou de accu verhit kunnen raken.
Laat hem afkoelen voor het opladen.
-
Bewaar de accu en de accuoplader buiten het bereik van
kinderen.
-
Gebruik de accuoplader niet op plaatsen waar
ontvlambare dampen of stoffen aanwezig zijn.
-
Laad de accu's alleen op bij een temperatuur tussen 10°C
en 40°C.
-
Bewaar accu's nooit in omgevingen met een temperatuur
boven 40°C.
-
Veroorzaak nooit kortsluiting tussen de contacten van de
accu's en verbind ze niet met metalen voorwerpen.
-
Let er bij het vervoer van accu's op dat de contacten
onderling geen verbinding maken en gebruik geen
metalen houders voor het transport.
-
Door kortsluiting van de accu kan een explosie ontstaan.
In ieder geval is kortsluiting schadelijk voor de accu.
-
Controleer regelmatig of de kabel van de accuoplader
beschadigd is. Als de kabel beschadigd is, moet de
accuoplader worden vervangen.
-
Laad accu's helemaal op voordat u ze opbergt voor het
winterseizoen.
-
De accu mag alleen worden opgeladen met accuopladers
conform EN 60335-2-29/A11.

4. MONTAGE

MONTAGE HANDGREEP (Fig. 3-4-5)
- Til de handgreep op zoals te zien is op Fig. 3. Draai de
knoppen (A, Fig. 5) aan nadat u de handgreep (B) op zijn
plaats heeft gebracht en de hoogte ervan heeft bepaald - u
kunt kiezen uit twee standen (C, Fig. 4).
DOWBOOMHOOGTEVERSTELLING (Fig. 5)
Los knops (A) en verstel de duwboom (B) in hoogte.
GRASOPVANGZAK
Assembleer staaf (N, Fig.6).
LET OP! – Het dwarselement moet op de juiste manier
worden gemonteerd. De zijkant (X, Fig.7) is groter en
moet aan de buitenkant van de bak blijven. De zijkant (Y)
is kleiner en moet aan de binnenkant van de bak blijven.
Het dwarselement moet helemaal worden aangeduwd
totdat het vasthaakt (Fig.8). N.B.: het vasthaken is
hoorbaar.
Assembleer vervolgens het netgedeelte (D, Fig.9) en de stijve
wand (E) met behulp van de vergrendelingen (F). Begin vanaf
de achterkant en eindig aan de twee zijkanten.
Fig.10 – Montage van de plaat op het handvat van de
mand.
AANBRENGEN VAN DE GRASVANGER (Fig. 11)
- Til de achterklep op (G).
- Laat de twee haken (H) op de pen van de deflector (I) rusten.
- Laat de klep zakken en controleer of deze goed aansluit op
de grasvangzak.
De accu monteren
• Open het deksel van de accuruimte (8, Fig.2).
• Duw de accu in zijn zitting tot hij in zijn positie is
geblokkeerd (Fig.12).
8
LET OP! Gebruik uitsluitend originele accu's. Het
gebruik van een onjuist type accu kan gevaar voor
brand, explosies en letsel veroorzaken.
LET OP: in de 48P- en 48T-modellen kunnen slechts 5
Ah-batterijen worden gebruikt.
De accu verwijderen
• Open het deksel van de accuruimte (8, Fig.2).
• Druk op de twee knoppen (B, Fig. 12) om de accu (A) weg te
halen.
L E T
O P !
L e e s
onderhoudshandleiding van de accu en van de
acculader aandachtig door!

5. STARTEN

VOORBEREIDING OP HET WERK
CONTROLE VAN DE MACHINE
LET OP! Verzeker u ervan dat de accu niet in zijn
behuizing zit.
Voordat u begint te werken is het volgende nodig:
-
controleer of de schakelaarhendel en de veiligheidshendel
vrij kunnen bewegen, zonder forceren, en of ze
automatisch en snel in neutrale stand terugkeren als ze
worden losgelaten;
-
controleer of de schakelaarhendel geblokkeerd blijft als de
veiligheidshendel niet wordt ingedrukt;
-
controleer of de koelluchtdoorlaten niet verstopt zijn;
-
controleer of de handgrepen en beschermingen van de
machine schoon en droog zijn, goed gemonteerd en stevig
aan de machine bevestigd;
-
controleer of de maaiwerktuigen en beschermingen niet
beschadigd zijn;
-
controleer of de machine geen tekenen van slijtage of
beschadiging vertoont door stoten of andere oorzaken, en
verricht de nodige reparaties;
-
controleer of de accu in goede conditie is en geen tekenen
van beschadiging vertoont. Gebruik de machine niet met
een beschadigde of versleten accu;
-
volg voor het opladen de aanwijzingen in het hoofdstuk
"Opladen van de accu".
CONTROLE VAN DE TOESTAND VAN DE ACCU (Fig.13)
Om de oplaadtoestand van de accu (A) na te gaan, drukt op het
knopje (B) dat 4 leds (C) activeert. De betekenis hiervan is als
volgt:
4 leds branden = Autonomie = 4/4
3 leds branden = Autonomie = 3/4
2 leds branden = Autonomie = 2/4
1 led brandt = Autonomie = 1/4
1 knipperende led = lege batterij
4 knipperende leds = te hoge temperatuur
OPLADEN VAN DE ACCU (Fig.14)
VOORZICHTIG: Verzeker u ervan dat de netspanning van het
stopcontact overeenkomt met de spanning die staat
aangegeven op het etiket van de accuoplader.
o o k
d e
g e b r u i k s -
e n

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave