Gebruiksaanwijzing
Horloge model 5146
Over deze handleiding
• Afhankelijk van het model van uw horloge wordt de tekst op uw
display weergegeven als donkere karakters tegen een lichte ach-
tergrond of als lichte karakters tegen een donkere achtergrond.
Alle voorbeelden van de display in deze handleiding worden
weergegeven als donkere karakters tegen een lichte achtergrond.
• De bediening van de knoppen wordt weergegeven met behulp
van de letters zoals getoond in de illustratie.
• De productillustraties in deze handleiding zijn alleen bedoeld ter
referentie. Het feitelijke product kan er dus in het echt enigszins
anders uitzien dan op de illustratie.
• Ieder hoofdstuk van deze handleiding geeft informatie over wat u
in iedere modus moet doen. Meer gegevens en technische infor-
matie kunt u terugvinden in het hoofdstuk „Detailinformatie".
Tijdfunctiemodus
Tijdfunctie
• U kunt de datum en tijd in uw woonplaats instellen in de Tijdfunctiemodus.
• De analoge tijd van dit horloge wordt gesynchroniseerd met de digitale tijd. De analoge
tijdsinstelling wordt automatisch aangepast wanneer u de digitale instelling wijzigt.
• Wanneer de analoge tijd om wat voor reden dan ook niet overeenkomt met de digitale tijd
gebruikt u de procedure zoals is beschreven onder "De thuisposities aanpassen" om de
analoge instelling aan te passen aan de digitale instelling.
• Druk in de Tijdfunctiemodus op [D] om de digitale display heen en weer te schakelen tus-
sen de woonplaatsdatum en de woonplaatstijd.
Woonplaatsdatum
Dag van de week
[D]
Maand – Dag
Seconden
De digitale tijd en datum instellen
Stadscode
1. Houd in de Tijdfunctiemodus [A] ongeveer drie seconden inge-
drukt totdat de actueel geselecteerde stadscode in de display
linksboven knippert. Dit is de instelmodus.
2. Selecteer de gewenste stadscode met [D] (oost) en [B] (west).
• Zorg ervoor dat u uw Woonplaatscode selecteert voordat u
andere instellingen wijzigt.
• Raadpleeg de "Stadscodetabel" voor volledige informatie over
de stadscodes.
PM-indicator
Seconden
3. Druk op [C] om de knipperende inhoud van het scherm te wijzigen
in de hieronder weergegeven volgorde.
Uren : Minuten
Woonplaatscode
DST
12/24-uurformaat
(Zomertijd)
verlichtingsduur
Dag
4. Wanneer de instelling die u wilt wijzigen knippert, gebruikt u [D] of [B] om deze te wijzigen
op de manier zoals hieronder is beschreven.
Scherm
Om dit te doen:
De stadscode wijzigen
De DST-instelling schakelen tussen zomer-
tijd (
) en standaardtijd (
Schakelen tussen 12-uurs- (
24-uurstijdweergave (
De seconden terugzetten naar 00
De uren en minuten wijzigen
Jaar, maand of dag wijzigen
De verlichtingsduur schakelen tussen 1,5
seconde (LT1) en 3 seconden (LT3)
5. Druk op [A] om de instelmodus te verlaten.
• De dag van de week wordt automatisch weergegeven overeenkomstig de instellingen
van de datum (jaar, maand en dag).
Druk op [C]
Woonplaatstijd
Dag van de week
PM-indicator
Uren : Minuten Seconden
Seconden
Uren
Maand
Jaar
Minuten
Doet u dit:
Druk op [D] (oost) of [B]
(west).
Druk op [D].
).
) en
Druk op [D].
)
Druk op [D].
Gebruik [D] (+) en [B] (–).
Druk op [D]
movi ng t i me for wa rd
Algemene richtlijn
• Druk op [C] om van de ene modus naar de andere te gaan.
• Druk in ongeacht welke modus (behalve in een instelmodus) op [B] om de display te verlichten.
Stopwatchmodus
Alarmsignaalmodus
Zomertijd (DST)
Zomertijd (Daylight Saving Time) zet de tijdsinstelling één uur vooruit ten opzichte van de
standaardtijd. NB: Niet alle landen - zelfs niet alle regio's - gebruiken de zomertijd.
De zomertijdinstelling (Daylight Saving Time) wijzigen
1. Houd in de Tijdfunctiemodus [A] ongeveer drie seconden inge-
drukt totdat de actueel geselecteerde stadscode in de display
linksboven knippert. Dit is de instelmodus.
2. Druk op [C]. Hierdoor wordt het instelscherm voor de zomertijd
weergegeven.
3. Druk op [D] om de zomertijdinstelling te schakelen tussen aan
(ON) een uit (OFF).
• De standaardzomertijdinstelling is uit (OFF).
4. Wanneer de gewenste instelling is geselecteerd, drukt u op [A]
DST-indicator
om de instelmodus te verlaten.
• De zomertijdindicator verschijnt op de display om aan te
12- en 24-uursweergave van de tijd
• Met de 12-uursweergave verschijnt er een PM-indicator (P) voor tijden tussen 12.00 uur 's
middags en 23.59 uur (11.59 p.m.). Er wordt geen indicator weergegeven tussen midder-
nacht en 11.59 uur.
• Bij de 24-uursweergave worden tijden weergegeven tussen 0.00 en 23.59 uur zonder de
PM-indicator (P).
• De 12-/24-uursweergave van de tijdfunctie die u selecteert in de Tijdfunctiemodus wordt
toegepast op alle andere modi.
Stopwatch
U kunt de stopwatch gebruiken om de verstreken tijd, rondetijden en
tussentijden te meten. Als u een afstandswaarde instelt, berekent en
Bovendisplay-
toont de stopwatch ook de snelheden.
segmenten
• Het digitale displaybereik van de stopwatch is 99 uur, 59 minu-
ten en 59,999 seconden. De stopwatch blijft lopen totdat u hem
stopt. Als hij de bovengrens bereikt, begint hij de tijdmeting
opnieuw vanaf nul.
• De stopwatch blijft lopen, ook als u de Stopwatchmodus verlaat.
Als u de Stopwatchmodus verlaat terwijl de stopwatch actief is,
geven de segmenten aan de bovenkant van de bovenste digitale
display (bovendisplaysegmenten) de seconden van de actuele tijd
aan. Elk segment staat voor een seconde. Hiermee wordt aange-
Snelheidswijzer
geven dat de stopwatch loopt.
• Alle handelingen in dit hoofdstuk worden uitgevoerd in de Stop-
watchmodus, die u inschakelt door op [C] te drukken.
Belangrijk!
• Controleer of de snelheidswijzer niet beweegt voordat u één van de knoppen in de Stop-
watchmodus indrukt.
Een afstandswaarde opgeven
Met de onderstaande procedure kunt u desgewenst een afstandswaarde op te geven. Als u
een afstandswaarde opgeeft, berekent en toont het horloge de snelheid voor bepaalde stop-
watchfuncties.
• De afstandswaarde kan worden weergegeven in kilometers, mijlen of een andere afstands-
eenheid. Wanneer u bijvoorbeeld een afstandswaarde opgeeft van 10,0 kan dit 10,0 kilo-
meter of 10,0 mijl betekenen.
• Er wordt geen snelheidsberekening uitgevoerd wanneer 0,0 wordt opgegeven als
afstandswaarde.
• Voor het meten van rondetijden kunt u of de rondeafstand invoeren (wanneer alle rondes
dezelfde afstand hebben) of een totale afstand voor de race.
• Voor tussentijdmetingen kunt u alleen de afstand voor de gehele race invoeren. Hoewel
het horloge iedere keer dat u een tussentijd uitleest een snelheid aangeeft, is deze geba-
seerd op de totale afstand van de race en geeft deze dus geen feitelijke snelheid op de
tussentijden weer.
Een afstandswaarde opgeven
1. Zorg er in de Stopwatchmodus voor dat de stopwatch is gestopt
en gereset naar nul.
• Om de stopwatch te resetten naar nul drukt u op [A].
2. Houd [A] ongeveer drie seconden ingedrukt totdat de actuele
afstandswaarde in de onderste digitale display knippert.
• Dit is de instelmodus voor de afstandswaarde.
3. Druk op [C] om de knipperende positie te verplaatsen tussen de
waarden aan de linkerkant en de rechterkant van de decimale
punt van de afstandswaarde.
© CA S I O B e n e l u x B .V. A m s t e l v e e n -
Afteltimermodus
Wereldtijdmodus
geven dat de zomertijd is ingeschakeld.
W W W. C A S I O . N L