Na 1 seconde staat de Onrustmelder weer op stand-by en wordt het geluidsniveau in de
omgeving bewaakt.
Produceer nogmaals het geluid waar de Onrustmelder op moet reageren.
•
Nu moet direct alarmering plaatsvinden. Hierna blijft de rode led knipperen ter indicatie dat
het alarm is geactiveerd.
3.2.3
Reset
De Onrustmelder wordt gereset door de aan/uitschakelaar in de stand '0' te zetten. Zorg
ervoor dat de alarmconditie wordt opgeheven, dus dat het weer stil genoeg is. Hierna kan
de Onrustmelder weer worden ingeschakeld. De Onrustmelder is meteen weer actief;
gevoeligheid hoeft niet opnieuw ingesteld te worden.
3.3
Bedrade melding
De Onrustmelder is tevens voorzien in een potentiaalvrij geschakelde uitgang (normaal-
open zowel als normaal-gesloten) die bij alarmering gedurende één seconde wordt
geactiveerd. Deze bedrade uitgang kan gebruikt voor afstanden die te groot zijn om
draadloos te worden overbrugd, en voor oudere meldsystemen zonder Teleroep-
ontvangers.
Deze uitgang is uitgevoerd in de vorm van een RJ11-connector. Zie de
hardwarespecificaties voor de aansluitingen.
Onrustmelder 2.0 – Gebruikershandleiding
Pagina 3