30
Onderhoud en reiniging
8. Plaats de dop terug op de
noodafvoerslang en zet de slang terug
op zijn plaats.
9. Schroef de pomp weer helemaal vast.
10. Sluit het pompdeurtje.
Waarschuwing!
Als het apparaat in werking is en
afhankelijk van het geselecteerde
programma kan er heet water in de pomp
aanwezig zijn. Verwijder het pompdeksel
nooit tijdens een wascyclus, wacht altijd
tot de machine de cyclus heeft afgemaakt
en tot u het wasgoed uit de trommel heeft gehaald. Wanneer u het deksel weer
vastschroeft dient u goed te controleren of het stevig is vastgezet om lekkages te
stoppen en te voorkomen dat jonge kinderen het kunnen verwijderen.
Watertoevoerzeef
Als u merkt dat het langer duurt om de machine
met water te vullen, controleer dan of het zeefje
in de watertoevoerslang niet is verstopt.
1. Draai de waterkraan dicht.
2. Ontkoppel de slang van de kraan.
3. Reinig het zeefje in de slang met een harde
borstel.
4. Schroef de waterslang weer op de kraan.
Machine legen in geval van nood
Ga, als het water niet wordt afgevoerd, als volgt te werk om de machine te leeg
te laten lopen:
1. trek de stekker uit het stopcontact;
2. draai de waterkraan dicht;
3. wacht indien nodig totdat het water is afgekoeld;
4. open het pompdeurtje;
5. zet een opvangbak op de vloer en houd het uiteinde van de noodafvoerslang
in de bak. Trek de stop eruit. Het water zou door de zwaartekracht in de
opvangbak moeten lopen. Plaats als de opvangbak vol is de stop terug op de
slang. Gooi de opvangbak leeg. Herhaal deze procedure totdat er geen water
meer uit de slang komt;