Advertenties
In de volgende afbeelding worden geschikte en ongeschikte
installatielocaties getoond:
Geschikte locatie voor de debietmeter.
Geschikte locatie voor de debietmeter.
Ongeschikte locatie omdat hier het gevaar ontstaat
van ophoping van lucht. Luchtbellen en luchtophopingen
in de debietmeter veroorzaken storingen. Als de
installatie alleen mogelijk is op een dergelijk hoog punt
dan dient er een ontluchtingsmogelijkheid te worden
geplaatst.
Installatie op een laag punt dient ook te worden
vermeden omdat verontreiniging zich daar verzamelt en
daardoor de meter kan beschadigen.
Mogelijk in gesloten systemen. Niet in open
systemen omdat de mogelijkheid bestaat dat lucht zich
daar verzamelt in het systeem.
Niet mogelijk: een debiet meter mag niet direct na een
klep geplaatst worden, met uitzondering van een
afsluiter (kogelafsluiters), welke volledig geopend dienen
te zijn bij normaal gebruik.
Waarschuwing: een debietmeter mag niet te dicht bij de
aanzuigzijde van een pomp geplaatst worden.
Niet mogelijk: een debietmeter mag niet geplaatst
worden na twee bochten naar verschillende niveaus
• Houd er rekening mee dat er voldoende afstand (min.
50 cm) is tussen het rekenwerk en een mogelijke
elektromagnetische storingsbron (schakelaars,
elektrische motoren, frequentie omvormers, tl-verlichting,
etc.).
• Indien er meerdere meters in een unit zijn geplaatst,
dienen er voor elke meter dezelfde installatie-
omstandigheden te gelden. Als de meter in de
gezamelijke retour van twee circuits geplaatst moet
worden, dan dient de locatie op voldoende afstand van
het T-stuk te zijn, wat
minimaal 10 x de nominale diameter betekent, om ervoor
te zorgen dat de verschillende watertemperaturen zich
goed vermengen.
• De meter kan zowel horizontaal, verticaal als in een hoek
geplaatst worden.
• De meter mag gedraaid worden tot wel ±45° naar boven
ten opzichte van de as van de leiding en tot wel 90° naar
beneden ten opzichte van de as van de leiding.
• De meter mag niet met de elektronische behuizing naar
boven worden gemonteerd. – Wanneer de elektronica
behuizing naar boven is gericht, dan is de meter het
meest gevoelig voor luchtbellen in het water. Deze
montagepositie kan daarom alleen worden gebruikt in
installaties met een hoge bedrijfsdruk en met
automatische ontluchting, bijvoorbeeld met directe
aansluiting op het stadsverwarmingsnet.
Wanneer de meter in vochtige omstandigheden wordt
geïnstalleerd, dan dient de meter in een hoek van 45° ten
opzichte van de as van de leiding te worden gemonteerd.
Advertenties
