3. Druk op [D] om de knipperende positie te verplaatsen in de hieronder weergegeven volg-
orde om andere instellingen te selecteren.
Weer-
Zomertijd
12/24-Hour
Stadscode
City Code
DST
gave
12/24-uur
Format
Thermometer/Barometer/
Energie-
Verlichtings-
Thermometer/Barometer/
Power
Illumination
Hoogte-unit
besparing
Altitude unit
Saving
duur
Duration
•
In de volgende stappen wordt uitgelegd hoe u alleen de tijdfunctie-instellingen configu-
reert.
4. Wanneer de tijdfunctie-instelling die u wilt wijzigen knippert, gebruikt u [A] en/of [C] om
deze te wijzigen op de manier zoals hieronder is beschreven.
Scherm
Om dit te doen:
De stadscode wijzigen
Schakelen tussen automatische zomertijd (AUTO),
zomertijd (DST (ON)) en standaardtijd (OFF)
Schakelen tussen 12-uurs- (12H) en 24-uurs- (24H)
-weergave van de tijd
50
De seconden terugzetten naar 00
De uren of minuten wijzigen
Jaar, maand of dag wijzigen
5. Druk twee keer op [E] om het instelscherm te verlaten.
NB
•
Raadpleeg voor informatie over het selecteren van een woonplaats en het configureren
van de zomertijdinstelling het gedeelte "Woonplaatsinstellingen configureren".
•
Wanneer de 12-uursweergave is geselecteerd, verschijnt een
den van 12:00 t/m 23:59 uur (11:59 p.m.). Er verschijnt geen indicator voor tijden tussen
00:00 en 11:49 uur. Bij de 24-uursweergave wordt de tijd afgebeeld van 0:00 t/m 23:59 uur,
zonder P (PM)-indicator..
•
De in het horloge ingebouwde automatische kalender maakt verschillende maandleng-
tes en schrikkeljaren mogelijk. Nadat u de datum hebt ingesteld, is er geen reden om deze
nog weer te veranderen, behalve wanneer u de oplaadbare batterij van het horloge hebt
laten vervangen of nadat het energieniveau onder niveau 5 daalt.
Digitaal kompas
In de Digitaal kompasmodus bepaalt een ingebouwde positioneringssensor met regelma-
tige tussenpozen het magnetische noorden en geeft op de display een van de 16 windrich-
tingen aan.
Windrichting-
12-uurs-
Direction
12 o'clock
Noord-
North
Een meting verrichten met het digitale kompas
indicator
indicator
positie
position
aanwijzer
pointer
1. Zorg dat het horloge in de Tijdfunctiemodus of een van
de sensormodi staat.
•
De sensormodi zijn: De Digitaal kompasmodus, de
Barometer-/thermometermodus en de Hoogtemeter-
modus.
2. Plaats het horloge op een vlak oppervlak. Als u het
horloge draagt, moet u ervoor zorgen dat uw pols hori-
zontaal is ten opzichte van de horizon.
3. Richt de 12-uurspositie van het horloge in de windrich-
Actuele tijd
Current
time
ting die u wilt meten.
4. Druk op [C] om een digitale kompasmeting te begin-
Angle value (in degrees)
Hoekwaarde (in graden)
nen.
NW
•
Op de display verschijnt COMP om aan te geven dat er
270
0
een digitale kompasmeting aan de gang is.
•
Zie het gedeelte "Digitale kompasmetingen" voor
informatie over wat op de display verschijnt.
NB
•
Als er rechts van de windrichtingindicator een waarde
90
180
verschijnt, betekent dit dat het scherm Positionerings-
geheugen wordt afgebeeld. Als dit gebeurt, druk dan
op [E] om het scherm Positioneringsgeheugen te ver-
laten.
5. Als u klaar bent met het digitale kompas drukt u op [D] om terug te keren naar de Tijdfunc-
tiemodus.
Digitale kompasmetingen
•
Wanneer u op [C] drukt om een digitale kompasmeting te beginnen, verschijnt eerst
COMP op de display om aan te geven dat er een digitale kompasmeting aan de gang is.
•
Ongeveer twee seconden nadat u met een digitale kompasmeting begonnen bent, geven
letters op de display aan in welke windrichting de 12-uurspositie van het horloge wijst.
Ook verschijnen vier wijzers die naar respectievelijk het magnetische noorden, het zuiden,
het oosten en het westen wijzen.
•
Na de eerste meting blijft het horloge gedurende 20 seconden elke seconde digitale kom-
pasmetingen verrichten. Daarna stopt het meten automatisch.
•
De windrichtingindicator en de hoekwaarde laten
kompasmetingen afgerond zijn.
•
De automatische verlichting wordt gedurende de 20 seconden dat de digitale kompasme-
tingen plaatsvinden uitgeschakeld.
•
De onderstaande tabel geeft de betekenissen van de windrichtingafkortingen die op de
display kunnen verschijnen.
Windrichting
Betekenis
Windrichting
Betekenis
N
Noord
NNE
Noordnoordoost
E
Oost
ESE
Oostzuidoost
S
Zuid
SSW
Zuidzuidwest
W
West
WNW
Westnoordwest
•
De foutmarge voor de hoekwaarde en de windrichtingindicator bedraagt 11 graden wan-
neer het horloge horizontaal is ten opzichte van de horizon. Als de aangegeven windrich-
ting bijvoorbeeld noordwest (NW) en 315 graden is, kan de werkelijke windrichting alles
tussen 304 en 326 graden zijn.
•
Indien het horloge bij een meting niet horizontaal ten opzichte van de horizon wordt
gehouden, kan de meetafwijking groot zijn.
•
U kunt de positioneringssensor kalibreren als u vermoedt dat de windrichtingmeting
onjuist is.
•
Een eventuele windrichtingmeting wordt tijdelijk stopgezet wanneer het horloge een
alarm- of waarschuwingshandeling uitvoert (dagelijks alarm, uursignaal, waarschuwings-
signaal afteltimer) of wanneer de verlichting wordt ingeschakeld, door op [L] te drukken.
Nadat de handeling die de meting onderbrak is voltooid, hervat en voltooit het horloge de
meethandeling.
•
Raadpleeg "Voorzorgsmaatregelen digitaal kompas" voor belangrijke informatie het
nemen van windrichtingmetingen.
De positioneringssensor kalibreren
Wanneer u het gevoel hebt dat de windrichtingmetingen die het horloge produceert er naast
zitten, moet de positioneringssensor kalibreren. Er bestaan drie kalibratiemethoden: magneti-
sche declinatiecorrectie, bi-directionele kalibratie en noordelijke kalibratie.
Seconden
Uren
Minuten
Seconds
Hour
Minutes
Knopgeluidsignaal
Button Operation
Dag
Day
Maand
aan/uit
Tone On/Off
Doet u dit:
Gebruik [A] (oost) of [C]
(west).
Druk op [A].
Druk op [A].
Druk op [A].
Gebruik [A] (+) of [C] (-).
P (PM)-indicator voor de tij-
- - - zien om aan te geven dat de digitale
Windrichting
Betekenis
Windrichting
Betekenis
NE
Noordoost
ENE
Oostnoordoost
SE
Zuidoost
SSE
Zuidzuidoost
SW
Zuidwest
WSW
Westzuidwest
NW
Noordwest
NNW
Noordnoordwest
movi ng t i me for wa rd
Magnetische declinatiecorrectie
Bij magnetische declinatiecorrectie voert u een magnetische declinatiehoek in (het verschil
tussen het magnetische noorden en het echte noorden), waardoor het horloge het echte noor-
den kan aanwijzen. U kunt deze procedure volgen wanneer de magnetische declinatiehoek is
aangegeven op de kaart die u gebruikt. U kunt de declinatiehoek alleen in hele graden opge-
Jaar
Year
ven. Wellicht moet u de waarden die op de kaart worden gegeven dus afronden. Als uw kaart
de declinatiehoek aangeeft als 7,4", voert u 7" in. In het geval van 7,6" wordt dat 8". Voor 7,5"
kunt u zowel 7" als 8" opgeven.
Month
Bi-directionele kalibratie en noordelijke kalibratie
Met bi-directionele kalibratie en noordelijke kalibratie kalibreert u de nauwkeurigheid van de
positioneringssensor ten opzichte van het magnetische noorden. U gebruikt bi-directionele
kalibratie wanneer u metingen wilt verrichten in een gebied dat is blootgesteld aan magne-
tische krachten. Dit type kalibratie moet u gebruiken als het horloge om de een of andere
reden magnetisch is geworden. Met noordelijke kalibratie "leert" u het horloge waar het noor-
den is. U dient dit vast te stellen met een ander kompas of op een andere manier.
Belangrijk!
Hoe nauwkeuriger u de bi-directionele uitvoert, des nauwkeuriger de metingen van de posi-
tioneringssensor zullen zijn. U moet een bi-directionele kalibratie uitvoeren wanneer u van
omgeving verandert waarin u de positioneringssensor gebruikt en wanneer u het gevoel hebt
dat de positioneringssensor onjuiste meetwaarden produceert.
Een magnetische declinatiecorrectie uitvoeren
Windrichtingwaarde van de
Magnetic declination
magnetische declinatiehoek
angle direction value
(E, W, or OFF)
(E, W of OFF)
Magnetic declination
Waarde van de magnetische
angle value
declinatiehoek
•
U kunt bij deze instellingen een waarde kiezen binnen een bereik van W 90 en E 90.
Door [A] en [C] tegelijk in te drukken schakelt u de magnetische declinatiecorrectie uit
(OFF).
De illustratie laat zien welke waarde u moet invoeren en de windrichtinginstelling die u
moet selecteren wanneer de kaart een magnetische declinatie te zien geeft van 1° West.
3. Wanneer u de gewenste instelling hebt bereikt, drukt u op [E] om het instelscherm te ver-
laten.
Voorzorgsmaatregelen met betrekking tot bi-directionele kalibratie
•
Voor bi-directionele kalibratie kunt u elk paar tegenovergestelde windrichtingen kiezen.
Ze moeten echter beslist 180 graden tegenovergesteld zijn. Als u de procedure incorrect
uitvoert, geeft de positioneringssensor de verkeerde meetwaarden.
•
Beweeg het horloge niet zolang het kalibreren van de windrichtingen aan de gang is.
•
U moet de bi-directionele kalibratie in eenzelfde omgeving uitvoeren als waarin u wind-
richtingmetingen wilt gaan verrichten. Als u bijvoorbeeld van plan bent windrichtingmetin-
gen in een open veld te gaan doen, kalibreer dan in een open veld.
Een bi-directionele kalibratie uitvoeren
3. Plaats het horloge op een oppervlak dat waterpas is in een willekeurige windrichting en
druk op [C] voor de kalibratie van de eerste windrichting.
De display laat tijdens het kalibreren - - - - zien. Wanneer de kalibratie gelukt is, laat de
display OK en -2- zien, en knippert de noordaanwijzer bij de 6-uurspositie. Dit betekent
dat het horloge klaar is voor de kalibratie van de tweede windrichting.
4. Draai het horloge 180 graden.
5. Druk opnieuw op [C] om de tweede windrichting te kalibreren.
De display laat tijdens het kalibreren - - - - zien. Wanneer de kalibratie gelukt is, laat de
display OK zien en gaat dan naar het scherm voor de Digitaal kompasmodus.
Een noordelijke kalibratie uitvoeren
Belangrijk!
Als u zowel een noordelijke als een bi-directionele kalibratie wilt uitvoeren, doe dan de bi-di-
rectionele kalibratie eerst en daarna de noordelijke kalibratie. Dat is nodig omdat een bi-di-
rectionele kalibratie elke bestaande noordelijke kalibratie tenietdoet.
4. Druk op [C] om het kalibreren te starten.
De display laat tijdens het kalibreren - - - - zien. Wanneer de kalibratie gelukt is, laat de
display OK zien en gaat dan naar het scherm voor de Digitaal kompasmodus.
12-uurs
Aanwijzer positionerings-
Bearing memory
12 o'clock
direction angle
position
positie
geheugen
Noord-
North
aanwijzer
pointer
Scherm
Bearing
Windrichtinghoek
Positionerings-
memory
Direction angle of
pointer
van de actuele
current reading
geheugen
positionering
Bearing Memory
Screen
Aanwijzer positioneringsgeheugen
© CA S I O B e n e l u x B .V. A m s t e l v e e n -
1. Houd in de Digitaal kompasmodus [E] ingedrukt tot-
dat de actuele instelling voor de magnetische declinatie
begint te knipperen op de display. Dit is het instel-
scherm.
•
Voordat de magnetische declinatie-instelling begint te
knipperen, verschijnt de mededeling SET Hold op de
display. Houd [E] ingedrukt totdat SET Hold verdwijnt
en de magnetische declinatie-instelling begint te knip-
peren.
2. Gebruik [A] (oost) of [C] (west) om de instellingen te wij-
zigen.
•
In het volgende gedeelte worden de windrichtinginstel-
lingen van magnetische declinatiehoek uitgelegd.
OFF: Geen magnetische declinatiecorrectie uitgevoerd.
De magnetische declinatiehoek bij deze instelling is "0".
[E]: Wanneer het magnetische noorden naar het oosten
ligt (oostelijke declinatie)
W: Wanneer het magnetische noorden naar het westen
ligt (westelijke declinatie)
1. Houd in de Digitaal kompasmodus [E] ingedrukt tot-
dat de actuele instelling voor de magnetische declinatie
begint te knipperen op de display. Dit is het instel-
scherm.
•
Voordat de magnetische declinatie-instelling begint te
knipperen, verschijnt de mededeling SET Hold op de
display. Houd [E] ingedrukt totdat SET Hold verdwijnt
en de magnetische declinatie-instelling begint te knip-
peren.
2. Druk op [D] om het instelscherm voor de bi-directionele
kalibratie weer te geven.
•
Op dit moment knippert de noordaanwijzer op de
12-uurspositie en geeft de display -1- aan ten teken dat
het horloge klaar is om de eerste windrichting te kali-
breren.
1. Houd in de Digitaal kompasmodus [E] ingedrukt tot-
dat de actuele instelling voor de magnetische declinatie
begint te knipperen op de display. Dit is het instel-
scherm.
•
Voordat de magnetische declinatie-instelling begint te
knipperen, verschijnt de mededeling SET Hold op de
display. Houd [E] ingedrukt totdat SET Hold verdwijnt
en de magnetische declinatie-instelling begint te knip-
peren.
2. Druk tweemaal op [D] om het instelscherm voor de noor-
delijke kalibratie weer te geven.
•
Op dit moment verschijnt
-N- (noorden) op de display.
3. Plaats het horloge op een oppervlak dat waterpas is
en wel zo dat de 12-uurspositie naar het noorden wijst
(gemeten met een ander kompas).
Positioneringsgeheugen
U kunt een windrichtingmeting opslaan in het positione-
ringsgeheugen en die waarde afbeelden terwijl u meer
digitale kompasmetingen uitvoert. Het scherm Positi-
oneringsgeheugen beeldt de windrichtinghoek van de
opgeslagen windrichting af, plus een indicator die op de
display de opgeslagen windrichting aangeeft.
Wanneer u een digitale kompasmeting verricht terwijl de
display het scherm Positioneringsgeheugen afbeeldt,
dan wordt zowel de windrichtinghoek van de actu-
ele digitale kompasmeting (zoals gemeten vanuit de
12-uurspositie van het horloge) als de actueel opgesla-
gen windrichtinginformatie uit het Positioneringsgeheu-
gen afgebeeld.
W W W. C A S I O . N L