Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Bedieningselementen; Mono- En Stereokanalen; Ingangssectie - Behringer EuroPower PMP1000 Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor EuroPower PMP1000:
Inhoudsopgave

Advertenties

6
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000 Gebruiksaanwijzing
2.

Bedieningselementen

In de volgende paragrafen worden alle functies van uw Power Mixer
gedetailleerd omschreven. Om een samenvattend overzicht te krijgen neemt u
het desbetreffende bijblad met de genummerde afbeeldingen bij de hand.
2.1

Mono- en stereokanalen

TRIM-regelaar stelt u het ingangsniveau in. Bij het aansluiten
Met de
(1)
of loskoppelen van een signaalbron op één van de ingangen, dient deze
regelaar altijd naar links omgedraaid te zijn. De TRIM-regelaar dient zowel
de microfooningang als de LINE-ingang. De zwarte schaalverdeling geeft de
versterking voor de microfoons aan (+10 tot +60 dB bij kanalen met XENYX
MIC PREAMPS en 0 tot +40 dB bij de gebruikelijke microfooningangen;
alleen voor de PMP1000, kanalen 5/6 en 7/8).
De "LINE"-schaal geeft de gevoeligheid van de Line-ingang aan, die van
+10 tot -40 dBu bedragen kan.
PMP1000: In de Mono-/Stereo-combinatiekanalen 5/6 en 7/8 bedraagt de
gevoeligheid +20 tot -20 dBu.
De
LEVEL SET-LED licht op zodra het optimale werkniveau bereikt wordt.
(2)
Daarnaast beschikken de monokanalen van de Power Mixer over een steile
(3)
LOW CUT-filter, waarmee u ongewenst lage frequentie-signaalaandelen,
zoals bijv, stappen-galmgeluid kan verwijderen.
PMP3000/PMP5000 (stereokanalen): Door het indrukken A/B-
(4)
keuzeschakelaar kiest u tussen de 6,3-mm-aansluitingen of de Cinch-bussen.
In de positie "A" zijn de klinkeraansluitingen en in de positie "B" zijn de
Cinch-bussen actief.
HIGH-regelaar van de EQ-sectie controleert het bovenste
De
(5)
frequentiebereik van het respectievelijke kanaal.
Met de
MID-regelaar kunt u het middenbereik verhogen of verlagen.
(6)
PMP5000: Voor het middenbereik van de monokanalen bied de PMP5000 u
(7)
een extra semi-parametrische klankregeling, regelbaar van 100 Hz tot 8 kHz.
Met de MID-regelaar stelt u de mate van verhoging/verlaging in en met de
FREQ-regelaar bepaalt u de frequentie.
De equalizer van de stereokanalen is natuurlijk in stereo uitgevoerd.
De scheidingsfrequenties van de hoge, de hoogmidden-, de lage midden- en
de lage band liggen bij 12 kHz, 3 kHz, 400 Hz en 80 Hz.
De
LOW-regelaar maakt het verhogen of verlagen van de
(8)
basfrequenties mogelijk.
Met de
MON-regelaar kunt u het geluidsaandeel van het kanaal in de
(9)
monitormix bepalen.
De PMP3000 en de PMP5000 beschikken bovendien over een tweede
(10)
MON-regelaar (MON 2), waarmee het geluidsaandeel van de tweede
monitorroute geregeld kan worden.
FX-regelaar bepaalt het signaalniveau, dat van het desbetreffende kanaal
De
(11)
naar de geïntegreerde effectprocessor wordt geleid en dat aan de FX SEND-
bus gevoed wordt (zie (64) ).
De PMP5000 beschikt hiervoor over twee regelaars (
(12)
zodat u op deze wijze gelijktijdig twee effecten kunt toepassen.
Hiermee overeenstemmend beschikt het apparaat over twee effect
weergaveroutes, die over een gecombineerde uitgangsbus uit gevoerd
worden (zie (46) en (64) ).
Let er op dat de effectprocessor niet te horen is, zolang de FX TO MON/
MAIN-regelaar (40) , (41) , (42) linksom gedraaid is.
Met de
(13)
Stereo-Main Mix bepaald.
De
BAL(ANCE)-regelaar in de stereokanalen van het apparaat is in zijn
(14)
functie gelijk aan die van de PAN-regelaar in de monokanalen. Deze regelaar
bepaald het relatieve aandeel tussen het linker en rechter ingangssignaal,
voordat beiden naar de Stereo-Main-uitgang word doorgeleid.
PMP3000/PMP5000: Door het indrukken van de
(15)
Listening) wordt het ingangsniveau voor de fader op de linker LED-weergave
(34) aangegeven. Stel nu het optimale ingangsniveau (0 dB) met de TRIM-
regelaar (1) in. Bij de activering van de PFL-functie licht het resp. LED op.
Als de LEVEL SET LED (2) langere tijd oplicht dan werkt u op het optimale
werkniveau,. Als echter de CLIP LED oplicht dan is het ingangsniveau te hoog
en dient u het met de TRIM-regelaar iets te verlagen. De CLIP-LED mag niet
constant oplichten, maar dient uitsluitend bij niveaupieken op te lichten.
Met de
(16)
geschakeld. De Pre Fader-signalen (monitorroute) blijven operationeel.
Als de MUTE-schakelaar wordt ingedrukt dan licht het desbetreffende
controle LED.
De Kanaal-Fader bepaalt het uitgangssignaal in de Main Mix.
(17)
2.1.1

Ingangssectie

Elk mono-ingangskanaal biedt u een symmetrische microfooningang
(18)
aan via de XLR-bus, waaraan met een druk op de knop ook een +48 V
fantoomvoeding voor het gebruik van condensator microfoons geactiveerd
kan worden.
PMP1000: Daarnaast beschikken de kanalen 5/6 en 7/8 ook nog over een
symmetrische XLR-ingang voor microfoons waarop indien noodzakelijk ook
de +48 V fantoomvoeding kan worden aangesloten.
Schakel het weergavesysteem naar stilte alvorens u de fantoomvoeding
inschakelt. Anders wordt er op uw luisterbox een inschakelgeluid hoorbaar.
Elke Mono-ingang beschikt over een
(19)
6,3-mm-klinkerbus is uitgevoerd en waarop men zowel symmetrisch als
asymmetrisch stekkers kan aansluiten.
Denk er altijd aan dat u alleen òf de microfoon- of de Line-ingang van
een kanaal gebruikt en nooit beiden gelijktijdig mag gebruiken!
Bij het aansluiten van een Mono-Line-signaal op een stereokanaal
dient u altijd de linker ingang te gebruiken. Zo wordt het monosignaal
op beide zijden weergegeven.
Dit geldt niet voor de Mono-/Stereo-combinatie kanalen 5/6 en 7/8 van
de PMP1000.
INSERT I/O
(20)
met behulp van dynamische processors of equalizers te bewerken.
Deze invoerpunten bevinden zich voor de fader, de EQ en de MON/FX
SENDs. In tegenstelling tot een galmapparaat en andere effectapparaten,
die normaliter het droge signaal toevoegen, bewerken de dynamische
processors het somsignaal. In deze gevallen is een Aux Send-route dus niet
de juiste oplossing. In plaats hiervan onderbreekt men de signaalroute en
FX 1 en FX 2),
voegt men een dynamische processor of een equalizer toe. Vervolgens wordt
het signaal op dezelfde plaats van het mengpaneel teruggevoerd.
Het signaal wordt alleen onderbroken, wanneer er een bijbehorende stekker
in de bijbehorende bus is aangesloten (stereostekker; kop = signaaluitgang,
ring = ingang). Alle mono-ingangskanalen zijn met inserts uitgerust.
PAN(ORAMA)-regelaar wordt de positie van het kanaalsignaal in de
MUTE-schakelaar wordt het kanaal voor de Main Mix naar stilte
LINE IN-aansluiting die als
. Invoerpunten (Inserts) worden gebruikt, om het signaal
PFL-schakelaar (Pre Fader

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Europower pmp3000Europower pmp5000

Inhoudsopgave