. . . Inhoudsopgave Inleiding Over deze handleiding Vereiste basiskennis Hoe leest u deze handleiding Installatie Bijzonderheden over Modbus Het toestel aansluiten op Modbus Het Modbus node adres instellen De verbinding met Modbus activeren Veelgebruikte registeradressen Inleiding Registeradressen voor ruimtetemperatuurregeling Overige veelgebruikte in te stellen registeradressen Overige veelgebruikte uit te lezen registeradressen Alle registeradressen...
. . Inleiding Over deze handleiding Deze handleiding beschrijft de aansluiting en het gebruik van Modbus RTU in combinatie met industrie-luchtgordijn model IndAC of de luchtverwarmer model NOZ Alleen toestellen met een automatische regeling (type Auto) kunnen worden aangesloten op een Modbus-systeem. Vereiste basiskennis Voor het gebruik van deze handleiding is algemene kennis vereist van het Modbus RTU Slave protocol.
Een auto master toestel heeft een besturingsprint voor automatische regeling en is geselecteerd om de globale Biddle regeling te verzorgen. Ook regelt dit toestel de communicatie in een master - slave systeem. nl-4...
ODBUS ANDLEIDING NLEIDING auto slave toestel Een auto slave toestel heeft een besturingsprint voor automatische regeling, maar wordt grotendeels geregeld door het auto master toestel. basic toestel Een basic toestel heeft geen eigen besturingsprint. single master systeem Opstelling van één auto master toestel zonder auto slave toestellen.
. . Installatie Bijzonderheden over Modbus 2.1.1 Meerdere toestellen op Modbus Wanneer u meerdere toestellen op het Modbus-systeem aansluit, zijn er verschillende opstellingen mogelijk. De opstelling bepaalt van welk toestel de lokale en globale registers kunnen worden ingesteld en/of uitgelezen. Opmerking: De globale registers worden gebruikt door de auto- matische regeling.
ODBUS ANDLEIDING NSTALLATIE 2.1.2 Communicatie parameters Het Modbus-systeem moet voldoen aan de volgende communicatie parameters: COMMUNICATIE PARAMETER WAARDE Baudrate 9600 Pariteit geen Stopbits 2.1.3 Bedrading Voor aansluiting op het Modbus-systeem moet een twisted- pair kabel gebruikt worden. De kabel moet ook een derde ader hebben voor de GND.
NSTALLATIE ODBUS Het toestel aansluiten op Modbus 2.2.1 Toegang tot de besturingsprint Waarschuwing: Verzeker u ervan dat de netvoeding is uitge- schakeld. Open het toestel zoals beschreven in de handleiding van het toestel. 2.2.2 Het toestel aansluiten op Modbus 1. Leg een kabel tussen het Modbus-systeem en het toestel. 2.
ODBUS ANDLEIDING NSTALLATIE Het Modbus node adres instellen De standaard waarde voor het Modbus node adres is 1. Afhankelijk van het Modbus netwerk kan het nodig zijn om dit aan te passen. Dit kan worden gedaan via de dipswitches op de besturingsprint.
NSTALLATIE ODBUS 2.3.2 Het Modbus node adres instellen Voer de code van het Modbus node adres in met behulp van de 8 dipswitches 1 op de besturingsprint. • 0 = OFF • 1 = ON Bijvoorbeeld Modbus node adres 206: DIPSWITCH code positie...
. . Veelgebruikte registeradressen Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft veelgebruikte functies en hun bijbehorende registeradressen. In hoofdstuk staan alle registeradressen. Opmerking: Functies kunnen zowel in het b-touch bedieningspa- neel als via Modbus worden aangepast. Het laatst gestuurde signaal is geldig. Opmerking: Sommige instellingen zijn alleen via het b-touch bedie- ningspaneel in te stellen.
EELGEBRUIKTE REGISTERADRESSEN ODBUS Gewenste ruimtetemperatuur U kunt de temperatuur op een aangename stand instellen. In dit registeradres wordt de default waarde van de gewenste temperatuur vastgelegd. Temperatuuraanpassingen via het homescherm van het b-touch bedieningspaneel zijn alleen mogelijk als registeradres 414 is ingesteld op 0 (wijzigingen via b-touch toegestaan) en gelden slechts tot de starttijd van het volgende schakelmoment door Modbus.
ODBUS ANDLEIDING EELGEBRUIKTE REGISTERADRESSEN Overige veelgebruikte in te stellen registeradressen Overige in te stellen registeradressen zijn: REGISTERADRES OMSCHRIJVING EENHEID MINIMUM MAXIMUM STANDAARD Het toestel in- en uitschakelen De verwarming in- en uitschakelen Handmatige instelling van de sterkte Aanpassen van de automa- tische sterkteregeling Automatisch of handmatig regelen...
Pagina 14
Met de handmatige instelling kunt u het sterkte percentage kiezen. Voor maximaal comfort met minimaal energieverbruik raadt Biddle aan de laagste sterkte te kiezen waarbij de luchtstroom de grond raakt. Mogelijk moet deze instelling in de loop van de dag gewijzigd worden.
ODBUS ANDLEIDING EELGEBRUIKTE REGISTERADRESSEN Aanpassen van de automatische In de automatische stand worden de sterkte en de sterkteregeling temperatuur van de luchtstroom automatisch geregeld. Mogelijk wilt u in bepaalde omstandigheden de automatische instelling aanpassen. Indien u een koude tocht langs de vloer voelt, kunt u de automatische sterkte verhogen.
Pagina 16
EELGEBRUIKTE REGISTERADRESSEN ODBUS 102 Ventilatorsterkte Bij de NOZ In de automatische stand wordt de ventilatorsterkte afgestemd op de temperatuur van de luchtstroom en de ingestelde hoogte van het toestel. In geval van meerdere toestellen is de ventilatorsterkte voor alle toestellen gelijk. Bij de IndAC In de automatische stand wordt de ventilatorsterkte afgestemd op het temperatuurverschil tussen...
. . Alle registeradressen Opmerking: Het kan voorkomen dat het systeem een waarde van 1 hoger gebruikt dan de hier aangegeven register- adressen. In dat geval gebruikt u bijvoorbeeld 101 voor registeradres 100. Opmerking: Menuparameters 0 - 1 zijn functies in het home- scherm van het b-touch bedieningspaneel.
Pagina 18
LLE REGISTERADRESSEN ODBUS 45.1 Ventielpositie setpoint bij extra vorstbeveiliging actief Aanzuigtemperatuur 0.1°C Uitblaastemperatuur 0.1°C Fout bits van toestel Status bits 0 (+1) = ok (niet ingangen gebruikt) 1 (+2) = err (niet gebruikt) 2 (+4) = status con- fig knop 3 (+8) = ingang 1 4 (+16) = ingang 2 5 (+32) = PIR ingang...
Pagina 19
ODBUS ANDLEIDING LLE REGISTERADRESSEN Temperatuursensor 0.1°C 0 = geen sensor X540 gedetecteerd Voor IndAC : Buiten- temperatuursensor of aanlegvoeler (hoogste waarde in geval van meerdere toestellen) Voor NOZ : Ruimte- temperatuur (alleen van master) Aanzuigtemperatuur 0.1°C (gemiddelde waarde van alle toestellen, zonder kalibratie correctie menu Voor IndAC : Buiten-...
Pagina 20
LLE REGISTERADRESSEN ODBUS Aanzuigtemperatuur 0.1°C (laagste waarde in geval van meerdere toestel- len) gefilterd met tijdcon- stante van menu 30 (settingsfile) Aanzuigtemperatuur 0.1°C (gemiddelde waarde in geval van meerdere toe- stellen) Buitentemperatuur 0.1°C gemeten met externe bron (niet van toepassing) Uitblaastemperatuur 0.1°C (gemiddelde waarde in...
Pagina 21
ODBUS ANDLEIDING LLE REGISTERADRESSEN Ingangsspanning analoge 0,01V ingang X375 (hoogste waarde in geval van meerdere toestellen) ErrorFlags-0 ErrorFlags-1 Het toestel in- en 0 = uit uitschakelen 1 = aan Huidige status 2 = vakantiestand Let op: Gebruik dit (niet van toepas- adres alleen om uit te sing) lezen.
Pagina 22
LLE REGISTERADRESSEN ODBUS Gewenste ruimtetem- 0.1°C peratuur Huidige status Let op: Gebruik dit adres alleen om uit te lezen. Gebruik 424 om te schrijven. Automatisch of hand- 0 = handmatig matig regelen 1 = automatisch Huidige status Let op: Gebruik dit adres alleen om uit te lezen.
Pagina 23
ODBUS ANDLEIDING LLE REGISTERADRESSEN Gewenste ruimtetem- 0 = toegestaan peratuur (change of value**) wijzigen via het b-touch 1 = niet toegestaan bedieningspaneel Automatisch of hand- 0 = toegestaan matig regelen (change of value**) wijzigen via het b-touch 1 = niet toegestaan bedieningspaneel Ventilatiemodes setting 0 = toegestaan...
Pagina 24
LLE REGISTERADRESSEN ODBUS Ventilatiemodes setting Modbus setpoint (niet van toepassing) Ventilatieklep positie Modbus setpoint (niet van toepassing) Buitentemperatuur 0.1°C gemeten via Modbus (let op: elke 30 min. updaten) Voor NOZ : niet van toepassing Ruimtetemperatuur 0.1°C gemeten via Modbus (let op: elke 30 min.
ODBUS ANDLEIDING LLE REGISTERADRESSEN PIR gridsensor laagste 0.1°C temperatuur 1 - 8 over de laatste periode (niet van toepassing) PIR gridsensor gemeten 0.1°C actuele buitentempera- tuur (niet van toepassing) Alleen voor IndAC 0 = gesloten PIR gridsensor Gemeten 1 = open deurpositie (niet van toepassing) PIR gridsensor startsig-...
. . Storingen Eenvoudige problemen verhelpen PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING Het toestel reageert niet op Mod- Geen communicatie met het Mod- • Controleer de aansluiting en kabels van het Modbus-netwerk. bus-commando’s. bus-netwerk. De afstand tussen het Modbus-sys- • Verwijder overtollige besturings- kabel.
ODBUS ANDLEIDING TORINGEN Storingen uitlezen 5.2.1 Storingen uitlezen Storingen worden geregistreerd met een binaire code in twee registers. Dit zijn registers 216 en 217. In het logbestand “log_error.csv” dat met een USB-flashdrive uitgelezen kan worden, worden de storingen met een numerieke waarde aangegeven.
Indien u opmerkingen of vragen heeft die betrekking hebben op dit product, aarzelt u dan niet contact op te nemen met uw Biddle-vestiging. Biddle bv Biddle Air Systems Ltd. Biddle France P.O. Box 15 St. Mary’s Road, Nuneaton 21 Allée des Vendanges...
Copyright en Handelsmerken Alle informatie en tekeningen in deze handleiding zijn eigendom van Biddle en mogen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Biddle niet worden gebruikt (anders dan voor de bediening van het toestel), gefotokopieerd, verveelvoudigd, vertaald en/of aan derden ter kennis gebracht.