Afdrukproblemen
Problemen
Er kan niet worden afgedrukt.
De machine print onverwacht of
print heel slecht.
De machine print de eerste
pagina's correct, maar dan
ontbreekt tekst op enkele pagina's.
De kop- of voetteksten in het
document worden op het scherm
weergegeven, maar worden niet in
het document afgedrukt.
De machine drukt niet dubbelzijdig
af, ook al is de printerdriver
ingesteld op Duplex.
112
Suggesties
Controleer of de stekker van de machine in het stopcontact zit en of de
machine is ingeschakeld.
Controleer of de tonercartridges en drumeenheid correct zijn geïnstalleerd.
(Zie De drumkit vervangen op pagina 51.)
Controleer of de interfacekabel goed is aangesloten tussen de machine en uw
computer. (Zie de Installatiehandleiding.)
Controleer of de correcte printerdriver is geïnstalleerd en geselecteerd.
Controleer of het LCD-scherm een foutmelding weergeeft. (Zie Fout- en
onderhoudsmeldingen op pagina 91.)
Controleer of de machine online is:
®
(Voor Windows
7 en Windows Server
daarna op Apparaten en printers. Klik met de rechtermuisknop op Brother
DCP-XXXX Printer. Zorg ervoor dat Printer off line gebruiken is uitgevinkt.
®
(Windows Vista
) Klik op de knop Start, Configuratiescherm, Hardware en
geluiden en vervolgens op Printers. Klik met de rechtermuisknop op Brother
DCP-XXXX Printer. Zorg ervoor dat Printer off line gebruiken is uitgevinkt.
®
(Windows
XP en Windows Server
selecteer Printers en faxapparaten. Klik met de rechtermuisknop op
Brother DCP-XXXX Printer. Zorg ervoor dat Printer off line gebruiken is
uitgevinkt.
®
(Windows
2000) Klik op de knop Start, selecteer Instellingen en daarna
Printers. Klik met de rechtermuisknop op Brother DCP-XXXX Printer. Zorg
ervoor dat Printer off line gebruiken is uitgevinkt.
Contacteer uw beheerder om uw instellingen voor Secure Function Lock te
controleren.
Als de cyaan, magenta of gele toner op raakt tijdens het afdrukken van een
kleurdocument, kan de afdruktaak niet voltooid worden. Zolang er zwarte
toner beschikbaar is, kunt u ervoor kiezen de afdruktaak opnieuw te starten in
de modus Mono. Zie Het tabblad Normaal in de Softwarehandleiding.
Druk op Opdracht Annuleren om afdruktaken te annuleren.
Controleer de instellingen in uw toepassing en controleer of deze compatibel
zijn met uw machine.
Controleer de instellingen in uw toepassing en controleer of deze compatibel
zijn met uw machine.
Uw computer herkent het signaal dat de ingangsbuffer vol is van de machine
niet. Controleer of u de interfacekabel correct hebt aangesloten. (Zie de
Installatiehandleiding.)
Er is een onbedrukbaar gedeelte aan de boven- en onderkant van de pagina. Pas
de boven- en ondermarge voor uw document aan. (Zie Onscanbare en
onbedrukbare gedeeltes op pagina 18.)
Controleer de instelling voor het papierformaat in de printerdriver. U moet A4 [60
2
tot 105 g/m
] kiezen.
®
2008 R2) Klik op de knop Start en
®
2003/2008) Klik op de knop Start en