Algemene informatie
Inhoud
Waarborg ............................................. 2
Veiligheid ............................................. 2
Verpakking........................................... 3
Afmetingen ......................................... 3
Opbouw................................................ 4
Onderhoud ......................................... 7
Storingen ............................................ 8
2
Waarborg
De installatie alsook de in
gebruikname moeten door een
erkende vakman gebeuren. De
gebruikelijke voorschriften en de
instructies in deze gebruiksaanwijzing
moeten gerespecteerd worden.Het
niet naleven, zelfs gedeeltelijk, van
deze richtlijnen laat de fabrikant toe
zijn verantwoordelijkheid in te trekken.
Veiligheid
De brander werd gebouwd om op een
ketel aangesloten te worden. Deze
laatste moet aangesloten zijn op een
goed werkende schoorsteen.
Deze ketel moet in een goed
geventileerde ruimte geplaatst
worden zodat er een goede
luchttoevoer is. De eventueel vervuilde
lucht kan zo verdreven worden.
De schoorsteen moet enerzijds
aangepast zijn aan de energiebron en
anderzijds moeten de afmetingen
overeenkomen met de bestaande
normen. Het bedieningspaneel, de
veiligheid en het afsluitmechanisme
worden elektrisch gevoed met een
goede aarding.
De elektrische installatie van de
brander moet worden voorzien van
een scheidingstransformator samen
met de nodige beveiliging (zekeringen
en differentiel van 30 mA).
9903 / 13 005 458A
De vakman moet altijd met grote
voorzichtigheid optreden en elk
onmiddellijk kontakt vermijden met
verwarmde elementen alsook met de
elektrische bedrading.
Bij elk onderhoud van de installatie
moet de elektriciteit in ieder geval
afgesloten worden. Vermijd elke
besproeiing met water van de
elektrische onderdelen van de
brander.
Bij het reinigen van de brander
mogen er geen chloorsolventen
gebruikt worden.
Bij overstroming, brand, bij lekage van
brandstof of bij abnormale werking
(geur, verdachte geluiden, ...) stop de
werking van de brander, sluit de
hoofdschakelaar van de elektriciteit af,
stop de toevoer van brandstof en bel
meteen een erkend vakman op.
De vuurhaard, rookgaskanalen en de
verbindingsstukken moeten ten minste
eenmaal per jaar worden
onderhouden, schoongemaakt en
geveegd worden en zeker voor de
eerste ingebruikname, zie hiervoor de
in voege zijnde voorschriften.
103B Handbediening van de luchtregelklep
Y
Aanduidingplaat
3
Instelschroef waarde Y
pL
Luchtdrukmeetnippel
T1
Ontstekingstransformator
5
Vier schroeven voor toegang tot de plaat
7
Ophangvoorziening
8
Carter (slakkenhuis naar onder)
113
Luchtdoos (ruimte)
M1
Motor
105
Soepele leidingen
102
Oliepomp met magneetventiel
A1
Branderautomaat
Y1
Magneetventiel een trap
B3
Fotoweerstandscel
13
Branderkap
14
Reset-knop (rood) automaat.