Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Kompas; Het Kompas Kalibreren; Navigeren Met De Peilingwijzer; Koerswijzer - Garmin ATEMOS 100 MET K5 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Kompas

Het handheld-toestel is voorzien van een kompas met
kantelcompensatie en 3 assen. Voor de navigatie kunt u
gebruikmaken van een peiling- of koerswijzer.

Het kompas kalibreren

Kalibreer het elektronische kompas buiten. Zorg dat u zich niet
in de buurt bevindt van objecten die invloed uitoefenen op
magnetische velden, zoals voertuigen, gebouwen of
elektriciteitskabels.
Kalibreer het kompas nadat u lange afstanden hebt afgelegd,
als u de batterijen hebt vervangen of in geval van
temperatuurschommelingen.
1
Selecteer
> Kompas >
2
Volg de instructies op het scherm.

Navigeren met de peilingwijzer

Tijdens het navigeren naar een bestemming wijst
bestemming, ongeacht in welke richting u zich verplaatst.
1
Selecteer terwijl u naar een bestemming navigeert
Kompas.
2
Blijf draaien tot
naar de bovenkant van het kompas wijst en
volg die richting om naar uw bestemming te gaan.

Koerswijzer

De koerswijzer is vooral handig bij navigatie op het water of op
open plekken zonder grote obstakels. De functie helpt u
bovendien gevaren aan weerszijden van de koers te vermijden,
zoals ondiepten en rotsen onder water.
Om de koerswijzer van het kompas in te schakelen, gaat u naar
> Stel voorliggende koers in > Ga naar lijn/wijzer > Koers
(koersafwijkingsindicator).
De koerswijzer
geeft uw relatie aan tot de koerslijn die naar
uw bestemming leidt. De koersafwijkingsindicator (CDI)
de afwijking (links of rechts) ten opzichte van de koers weer. De
schaal
heeft betrekking op de afstand tussen de punten
de koersafwijkingsindicator, die de afwijking ten opzichte van de
koers weergeeft.

Menu Waarheen?

U kunt het menu Waarheen? gebruiken om een bestemming te
zoeken waar u naartoe wilt navigeren. Niet alle Waarheen?-
categorieën zijn voor alle gebieden en op alle kaarten
beschikbaar.

Een via-punt op naam zoeken

1
Selecteer
> Waarheen? > Waypoints >
Spelzoeken.
2
Voer de naam in.
3
Selecteer
.
Een via-punt in de buurt van een ander via-punt
zoeken
1
Selecteer
> Waypoint-beheer.
2
Selecteer een via-punt.
3
Selecteer
> Zoek nabij hier.
4
Selecteer een categorie.
10
LET OP
> Kalibreer kompas > Start.
naar uw
>
Op de lijst staan via-punten in de buurt van het oorspronkelijke
via-punt.

Navigeren met Peil en ga

U kunt het toestel op een object in de verte richten, de richting
vergrendelen en vervolgens naar het object navigeren.
1
Selecteer
2
Richt het toestel op een object.
3
Selecteer Zet richting vast > Stel koers in.
4
Navigeer met behulp van het kompas
peilingwijzer, pagina

Hoogtegrafiek

Standaard geeft de hoogtegrafiek gegevens weer in relatie tot
de verstreken tijd. U kunt de grafiek
pagina
10) en de gegevensvelden
aanpassen, pagina
Selecteer
> Hoogteprofiel om de hoogtegrafiek te openen.

De barometrische hoogtemeter kalibreren

U kunt de barometrische hoogtemeter handmatig kalibreren als
>
de juiste hoogte of barometerdruk u bekend is.
1
Ga naar de locatie waarvan de hoogte of de barometerdruk u
bekend is.
2
Selecteer
hoogtemeter.
3
Volg de instructies op het scherm.

Navigeren naar een punt in de hoogtegrafiek

1
Selecteer
2
Selecteer een punt in de hoogtegrafiek.
Details over de hoogte worden linksboven in de
hoogtegrafiek weergegeven.
3
Selecteer
> Bekijk kaart.
4
Selecteer de informatiebalk boven in het scherm.
5
Selecteer Ga.
6
Navigeer met behulp van het kompas
peilingwijzer, pagina

Het plottype wijzigen

U kunt de hoogtegrafiek zodanig instellen dat de luchtdruk en de
hoogte worden weergegeven, afgemeten tegen de tijd of de
geeft
afstand.
1
Selecteer
op
2
Selecteer een optie.

De hoogtegrafiek herstellen

Selecteer
spoor > Ja.

Tripcomputer

De tripcomputer geeft uw huidige snelheid, de gemiddelde
snelheid, de hoogste snelheid, de tripteller en andere
statistische gegevens weer. U kunt de indeling van de
tripcomputer, het dashboard en de gegevensvelden aanpassen.
(De gegevensvelden aanpassen, pagina
Selecteer
> Tripcomputer om de tripcomputer te openen.

De tripcomputer herstellen

Als u nauwkeurige reisinformatie wilt hebben, dient u de
reisinformatie opnieuw in te stellen voordat u een reis begint.
Selecteer
reisgegevens > Ja.
> Peil en ga.
(Navigeren met de
10) of de kaart
(Kaart, pagina
(Het plottype wijzigen,
(De gegevensvelden
12) aanpassen.
> Hoogteprofiel >
> Kalibreer
> Hoogteprofiel.
(Navigeren met de
10) of de kaart
(Kaart, pagina
> Hoogteprofiel >
> Wijzig plottype.
> Hoogteprofiel >
> Herstel > Wis huidige
12).
> Tripcomputer >
> Herstel > Herstel
9).
9).
Navigatie

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave